is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa Eugeen Burm met bijgebouw
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Villa Eugeen Burm met bijgebouw
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa Eugeen Burm of Kasteel van de Dijk
Deze vaststelling was geldig van tot
Villa gebouwd op de plaats van de scheepswerf van Eugène Burm aan de Scheldeoever. Bouwondernemer E. Burm startte in 1876 een bedrijf in scheepsbouw op de plaats van de bouwonderneming van de familie Burm. Na het stopzetten van de scheepswerf in 1900 richtte E. Burm een grote houthandel op, gespecialiseerd in hout voor de spooraanleg, telefoon en telegrafie. Op het terrein liet hij een villa en een groot dienstgebouw oprichten, met onder meer een kantoor voor de houthandel. Na het overlijden van Eugène Burm in 1933 werd de handelsactiviteit hier stopgezet.
De vrijstaande villa is gelegen aan de Scheldedijk in een uitgestrekte en mooi onderhouden tuin waarin ook nog enkele bedrijfsgebouwen in aangepaste stijl. Aan de straat wordt de tuin afgesloten door een lange bakstenen muur, geleed door lisenen, en een opvallend ijzeren hek in art-nouveaustijl tussen stijlen van zandsteen.
Het opvallende dienstgebouw in cottagestijl ingeplant aan de straatkant, werd tussen 1903 en 1905 (kadastraal genoteerd) op de plaats van een ouder gebouw. Het omvatte een kantoor voor de houthandel, paardenstallen, wagenhuis, tuigkamer en kamer voor de koetsier op de zolderverdieping. De architect is niet bekend, maar volgens diverse auteurs afgaand op de stijlkenmerken is het mogelijks een ontwerp van architect Domien Van Peteghem (Lokeren) of architect Alphonse De Pauw (Lokeren / Brugge).
Voor de cottagestijl kenmerkende puntgevels, imitatievakwerk en speelse pannendaken. Geel bakstenen gebouw van zeven traveeën en één bouwlaag onder overkragend pannendak rustend op uitgewerkte houten modillons en voorzien van dakvensters en dakkapellen. Kleurrijk materiaalgebruik door combinatie van gele baksteen, zandsteen voor plint en pseudospeklagen, arduin voor bekroning van de steunberen en de kruiskozijnen. Travee-indeling door middel van steunberen met een arduinen gegroefde bekroning. Zijgevels en hoektraveeën aan de straatkant worden gemarkeerd door puntgevels met overkragende zadeldaken voorzien van sierlijke windborden en pseudovakwerk. Ingebouwde vierkante toren van drie bouwlagen onder ingesnoerde naaldspits (leien) met windwijzer, op de bovenste verdieping met sierlijke houten ramen. In de straatgevel, centraal houten dakvenster onder leien tentdak en schilddak met centraal laadluik met hijssysteem. Zuidgevel, aan de erfzijde, met centraal koetshuis, voorzien van rondboogpoorten onder glazen afdak met ijzeren steunen.
Villa, volgens het kadasterarchief gebouwd in 1902, in landelijke cottagestijl met verwijzingen naar de Engelse landhuizen in materiaalgebruik en in vormgeving met erkers, puntgevels, imitatievakwerk en overstekende pannendaken met dakkapellen, en met lichte art-nouveau-invloed in de decoratieve detailafwerking en de glasramen met sierlijke florale motieven. Gebouw van gele, ruw behakte grèszandsteen en constructieve elementen van blauwe hardsteen. De architect van deze fraaie villa is evenmin bekend. Volgens de literatuur en mondelinge bronnen zou het omwille van de stilistische overeenkomsten mogelijk toe te schrijven zijn aan architect F. Mommens (Ledeberg) ontwerper van de villa Prosper Haegens. Ook architect Henri Vanden Broucke (Lokeren), die onder meer instond voor een aantal latere realisaties voor naaste verwanten te Zele (Dokter Armand Rubbensstraat 34 en Langemuntstraat 12), wordt vermeld. Enige omzichtigheid is hieromtrent wel geboden omdat architect Vanden Broucke pas vanaf 1905-1907 echt als ontwerper actief was.
Nagenoeg rechthoekige onderkelderde villa, met een hoofdvleugel van vier traveeën en twee bouwlagen onder overkragende pannendaken met dakvenster en dakkapel, met aangebouwde vleugel ten oosten van twee traveeën en één bouwlaag onder afgewolfd pannendak met dakkapellen. Diverse venstervormen, zoals stenen kruiskozijnen, kloosterkozijnen, vierlicht en steekboogvensters in de lagere aangebouwde vleugel. De voorgevel is naar de straat en het noorden gericht. De vrij symmetrische opgebouwde gevel bevat een centrale bakstenen erker over twee verdiepingen met het trappenhuis onder overkragend zadeldak met houten uitgewerkte windveren als decoratief accent in de eenvoudige gevelstructuur; erboven dakvenster met rijk bewerkte windveer. De kelderdeur bevindt zich in een portiek onder een leien dakje met verzorgd houtsnijwerk, aangebouwd tegen de centrale erker. In de lagere oostelijke vleugel bevindt zich de voordeur en een dienstingang De korfboogvormige voordeur, een rechthoekige houten paneeldeur met ijzer- en koperbeslag in art-nouveaustijl en een rond venstertje met kruisvormige roedeverdeling, wordt voorafgegaan door een trapje. De zuidgevel, uitziend op de Schelde, is speelser uitgewerkt, oorspronkelijk met overdekt terras aansluitend bij de veelhoekige veranda. Uitspringend zijrisaliet voorzien van een houten overluifelde erker op de bovenverdieping, waarvan de bovenlichten van de ramen met kleine roedeverdeling gevuld met glasramen met florale motieven, en met een achtzijdige uitgebouwde houten veranda. Houten overluifelde loggia op de zuidwesthoek. Westgevel met uitspringend risaliet, eveneens voorzien van erkervormig uitspringend raam met glas in lood in de bovenlichten.
Interieur in oorspronkelijke staat met rijke aankleding en verwerking van kwalitatieve en exotische houtsoorten. Een gang leidt naar de hal en het trappenhuis in het hoofdvolume. De vloer van de hal en het trappenhuis is uitgevoerd in marmermozaïek met florale motieven. De deuren naar de belendende kamers bevatten een halfrond boogveld met balustermotieven, verwijzend naar het roer van een schip. Onder de houten bordestrap met opmerkelijke balustrade is een houten lavabomeubel met een porseleinen waskom van Engels fabricaat ingewerkt. De trap wordt verlicht door een glasraam in art-nouveaustijl. De kamers op de begane grond, namelijk salon, eetkamer en veranda, hebben parketvloeren. In het salon zijn houten lambriseringen, deuren, muurschilderingen, marmeren schouw en luchters bewaard. In de afgeschuinde hoeken, verfraaid met geschilderde bloemstukken, zijn luchters met bloemmotief aangebracht. Muurschilderingen boven de lambriseringen, friezen met schilderingen in art-nouveaustijl, en plafondschildering in trompe-l’oeil met een triomfwagen met vrouwen, putti en bloemenslingers. De zitkamer wordt van de eetkamer gescheiden door een schuin openende tussendeur. De eetkamer bezit eveneens houten lambriseringen en heeft een plafond met moer- en kinderbalken; voorzien van een houten zithoek in de erker, van de kamer gescheiden door een houten boog in art-nouveaustijl, en een schoorsteenmantel van "Rosé Aurore" en zuiltjes in Vertinosmarmer met een hoefijzerboogvormige haardopening met metalen plaat in art-nouveaustijl, en een ingewerkt kastje naast de schouw met een marmeren nis met bronzen portretmedaillon van Eugène Burm. In de achtzijdige veranda, glas in lood met voorstelling van de dageraad.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Dijkstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa Eugeen Burm met bijgebouw [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/83920 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.