Ensemble van drie identieke rijhuizen uit het interbellum, volgens bouwaanvraag van 1932 naar ontwerp van architect (Maurits) Petrus De Brauwer. Bakstenen enkelhuizen volgens repeterend schema van telkens twee traveeën en twee bouwlagen onder een doorlopend pannen zadeldak. Aflijnende kroonlijst centraal doorbroken door een fronton met kruisvorm in metselwerk. Bovenverdiepingen gemarkeerd door drie gevelbrede trapezoïdale erkervensters; begane grond door rondbogige deurportiek waarvan nummer 99 nog met authentieke cementtegelvloer en zijlicht met decoratief loodglas (vogel). Oorspronkelijk schrijnwerk van vensters met structuur- en loodglas behouden. Evenzo voor de mooie voordeuren met gestileerd bloemmotief.