Teksten van Romp van de Doginnemolen

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/84106

Romp van de Doginnemolen ()

Romp van de zogenaamde Doginnemolen of Daeginnemolen, een stenen korenwindmolen van het type bovenkruier (grondzeiler), wat achterin gelegen op een voormalig molenaarshof dat mogelijk teruggaat tot de 16de eeuw.

De stenen molen werd gebouwd vóór 1834. Volgens een recente plaat in de bakstenen hekpijler dateert de molen van "1825". Volgens het kadaster werd de molen oorspronkelijk uitgebaat door molenaar Van Crombrugge Jacobus, vervolgens door de families De Groote en na 1882 door de families Van Hecke-Thierens en Van Driessche-Thierens. Deze laatste verkochten de molen in 1909 aan Quintelier-Boeykens. In 1921-1922 werd de molen gedeeltelijk afgebroken en verbouwd tot stalling annex berging. Tijdens de tweede helft van de 20ste eeuw werd de romp gebruikt als atelier door de Zeelse kunstschilder André Bogaert (1920-1986). Tussen 2009 en 2019 werd de eerste zolder van de molenromp gereconstrueerd.

Het erf wordt aan de straat afgesloten door een ijzeren hekwerk en bevat ook nog een fragmentair bewaard bijhorend voormalig molenaarshuis vooraan rechts en haaks op de straat, dat in 2019-2020 ingrijpend werd gerenoveerd.

  • COENE F. 2000: De "Rosseelsmolen"is niet meer!, Heem- en Oudheidkundige Kring Zele, Jaarboek 31, 106, 123-127.
  • S.N. 1962: Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oostvlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster, Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen 1960, derde band, 14, Gent, 178.

Auteurs:  Verbeeck, Mieke; Vandeweghe, Evert; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Romp van de Doginnemolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/359442 (geraadpleegd op ).


Romp van de Doginnemolen ()

Molenromp van de zogenaamde Doginnemolen, wat achterin gelegen op een voormalig molenaarshof en heden in gebruik als garage.

Stenen korenwindmolen type grondzeiler gebouwd vóór 1834. Volgens nieuwe plaat in de bakstenen hekpijler, molen van "1825". Doginnemolen confer kadastergegevens oorspronkelijk uitgebaat door molenaar Van Crombrugge Jacobus, vervolgens door de families De Groote en na 1882 door de families Van Hecke-Thierens en Van Driessche-Thierens. Deze laatste verkochten de molen in 1909 aan Quintelier-Boeykens. In 1921-1922 werd de molen gedeeltelijk afgebroken en verbouwd tot stalling annex berging.

Aan de straat afgesloten door ijzeren hekwerk. Fragmentair bewaard bijhorend voormalig molenaarshuis vooraan rechts en haaks op de straat, in renovatie.

  • COENE F. 2000: De "Rosseelsmolen"is niet meer!, Heem- en Oudheidkundige Kring Zele, Jaarboek 31, 106, 123-127.
  • S.N. 1962: Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oostvlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster, Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen 1960, derde band, XIV, Gent, 178.

Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Romp van de Doginnemolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/84106 (geraadpleegd op ).