is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Parochiekerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua: orgel
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua
Deze vaststelling was geldig van tot
De parochiekerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua, met Van Peteghemorgel, wordt aan de linkerzijde geflankeerd door de pastorie en rechts door de voormalige onderpastorie en het parochiaal centrum. Achter de kerk bevindt zich een ommuurd kerkhof.
Omstreeks het midden van de 19de eeuw bleek de Sint-Ludgeruskerk van Zele te klein geworden voor de volledige bevolking van Zele. Het gemeentebestuur stelde daarom in 1845 voor om de kerk te vergroten. Dit voorstel werd echter verworpen door de bisschop van Gent, Monseigneur Delebecque, die een nieuwe kerk wilde oprichten op Heikant, maar waarvoor de financiële middelen en de medewerking van het gemeentebestuur ontbraken.
In 1854 schonk de familie Polfliet twee percelen grond rond hun ouderlijk huis op de wijk Heikant voor de bouw van de kerk en de pastorie. Een steen links van het koor met opschrift "Fondaverunt/ J.B. A. L. Polfliet/ Pastor/ J.Ac Van Oosthuyse/ Consule/ E. Van Meldert" verwijst naar de stichters, Jan-Baptist, Antonia, begijn in het Groot Begijnhof te Gent, en Livinus Polfliet. Hun grafsteen werd ingemetseld in de buitenmuur van de sacristie. Aegidius Van Oosthuyze was de toenmalige pastoor en Eugenius Van Meldert de toenmalige burgemeester. Een groot deel van de bouwkosten werd betaald door de familie Polfliet en voorts werden de werken bekostigd met giften. De architect van de kerk is niet gekend, maar volgens de overlevering werkte men volgens het plan (1848) van architect J. De Somme – Servais (Sint-Niklaas) voor de kerk van De Klinge (Sint-Gillis).
Eerstesteenlegging op 21 juni 1854 door Monseigneur L. J. Delebecque, confer ingemetste steen aan het hoogkoor. Het interieur van de kerk werd ingericht met drie altaren uit de gesloopte Dominicanenkerk in Gent. De communiebank en de preekstoel werden gekocht van de kerkfabriek van Destelbergen. Twee biechtstoelen werden gekocht bij de kerkfabriek van Grotenberge bij Zottegem. Het orgel komt van Gontrode. Schilderijen, beelden, kruisen, kandelaars en andere liturgische voorwerpen werden gekocht met giften van de parochianen.
De kerkwijding vond plaats op 5 januari 1855. Bij Koninklijk Besluit van 16 april 1856 werd de kerk enkel als kapel aanvaard en waren de bewoners voor begrafenissen en huwelijken nog steeds aangewezen op de Sint-Ludgeruskerk van Zele. Dit bleef zo tot in 1859 toen de kerk verheven werd tot een onafhankelijke parochiale hulpkerk voor de wijken Heikant en Bos. De kerktoren werd pas gebouwd in 1865. Aan de bouw ging een discussie vooraf over de plaats waar de toren zou worden opgetrokken: boven de voorgevel of achteraan boven de kruisbeuk. Uiteindelijk werd er vooraan een houten toren gebouwd omdat de funderingen niet berekend waren op de plaatsing van een stenen toren. De uitvoering gebeurde volgens het plan van broeder Prosper Velleman uit het klooster van de Augustijnen te Gent. De klok, gewijd aan de Heilige Jozef werd in 1868 gegoten door Severinus Van Aerschodt uit Leuven en kreeg het volgende jaarschrift "sanCto Joseph DonaVIt aLbertUs poeLMan paroChUs heIkant zeLe".
Op 27 juni 1871 kreeg de kerk het statuut van filiaalkerk. In oktober 1891 besliste men de kerk te laten schilderen. In 1903 werd het roosvenster in de voorgevel geplaatst naar een ontwerp van Julius Goethals uit Aalst met glaswerk uit het atelier van Joseph Casier; ook werd in het koor een venster uitgebroken en vervangen door een venster in neogotische stijl, eveneens ontworpen door Goethals uit Aalst. Tevens werd het kerkinterieur herschilderd in neogotische stijl door kunstschilder Remy Goethals uit Gent. Naar aanleiding van de schilderwerken van de kerk werden drie schilderijen van de Heilige Rochus, de Heilige Nikolaas van Tolentijn en de Heilige Barbara verkocht aan Livinus Claes uit Kalken.
Een eerste grote restauratiecampagne, de herstelling van het dak en de vloer, het droogmaken van de zijmuren, de plaatsing van een nieuw elektrisch torenuurwerk en vernieuwen van de elektrische leidingen, gebeurde in 1955 onder pastoor Jozef van der Cruyssen met aannemer Coppens uit Lebbeke. In 1968 werd de kerk vergroot met twee hulpsacristieën. In 1975 werd de kerk onder pastoor Cyriel Smet monochroom overschilderd. Ook het roosvenster werd toen vernieuwd. In 1980 werden de ramen hersteld.
De plattegrond ontvouwt een driebeukige transeptloze kerk van zes traveeën met een smaller koor van één travee en een driezijdige sluiting, aan weerszijden ingesloten door sacristieën met een rechthoekig grondplan.
De kerk is volledig opgetrokken van baksteen in combinatie met blauwe hardsteen voor de plint, dorpels en deur- en vensteromlijstingen in de voorgevel en kalksteen voor de venstertracering. Schip en zijbeuken zijn overdekt door één groot zadeldak met leien waarop aan de westzijde een kleine klokkentoren met tentdak en weerhaan rust. Het dak van het koor heeft dezelfde nokhoogte als het zadeldak van het schip. Op het pseudoschilddak van het koor prijkt een eenvoudig kruis. De oude sacristieën hebben een leien half schilddak, terwijl de nieuw aangebouwde sacristieën een plat dak hebben.
Voorgevel met puntgevel gemarkeerd door drie traveenissen afgelijnd door een oplopende boogfries. Centraal in de voorgevel bevindt zich een hoge, smalle spitsboogdeur in een geprofileerde hardstenen omlijsting met druiplijst en kruisbloem. Hogerop in de middelste travee, groot roosvenster met maaswerk. In de buitenste traveeën, aan weerszijden een kleiner roosvenster, volgens oude prentbriefkaarten uit het begin van de 20ste eeuw, aangebracht op de plaats van twee spitsbogige nissen met beelden van de patroonheiligen. Op de begane grond zichtbare sporen in het metselwerk van twee gedichte deuropeningen. Rechts naast de deur is een hardstenen herdenkingsplaat ter ere van de gesneuvelde soldaten in de muur gemetseld.
De zijgevels worden geritmeerd door vlakke bakstenen pilasters met een hardstenen dekplaat, waartussen grote spitsboogvensters in een geprofileerde bakstenen omlijsting met een geprofileerde hardstenen dorpel en kalkstenen maaswerk. In de laterale zijden van het koor is een gelijkaardig venster aanwezig. Blinde koorsluiting op de hoeken geaccentueerd door vlakke bakstenen pilasters. Tegen de koorwand hangt een calvarie onder een leien zadeldak.
In de zijgevels van de oude sacristieën is er aan de zuidzijde een spitsboogvenster en aan de noordzijde een spitsboogdeur, voorafgegaan door drie hardstenen treden. In de achtergevels van de nieuwe sacristieën zijn er telkens twee getoogde vensters met een hardstenen dorpel. Onder de linker vensteropening van de zuidelijke sacristie is een hardstenen grafplaat van de stichters van de kerk, de familie Polfliet, ingemetseld.
Bepleisterd en wit geschilderd interieur in combinatie met enkele grijze en polychrome accenten. Kerkvloer met vierkante hardstenen tegels. Drie beuken, gescheiden door twee rijen van vijf Toscaanse zuilen op een hardstenen sokkel, die met elkaar verbonden zijn door spitsboogvormige scheibogen. Kerk overwelfd door kruisribgewelven, rustend op kleine geprofileerde consoles, waarvan de gewelfvlakken versierd zijn met goudkleurige sterren. De sluitstenen, het centrale deel van de ribben en de consoles hebben een polychrome beschildering in neogotische stijl. Koor met gelijkaardige overwelving met aan de laterale zijden twee ingewerkte blinde spitsboogvensters. Concaaf doksaal met vooruitspringend portaal. Doksaalwand bekroond door een decoratieve neogotische spitsboogvormige boogfries. Balustrade in 1892 vervaardigd door de gebroeders De Beule.
In het koor werden in 1904 de patroonheiligen, Heilige Jozef en Heilige Antonius van Padua, geplaatst naar tekeningen van Joseph Casier uit Gent. In de rechterzijbeuk werden volgens de literatuur tussen 1907 en 1909 vijf glasramen met de voorstelling van vijf apostelen toegevoegd, Heilige Petrus, Heilige Paulus, Heilige Andreas, Heilige Jacobus de Meerdere en Heilige Joannes de Evangelist eveneens naar ontwerp van Joseph Casier. In 1910 en 1914 werden nog vier glasramen met apostelfiguren geplaatst. Glazenier César Vanhevele uit Gent stond in 1946 in voor de realisatie van de glasramen van de drie ontbrekende apostelen Heilige Thaddeus, Heilige Simon en Heilige Mattheus.
Schilderijen. Schilderijen van Leo Van den Abbeele (Zele) uit het derde kwart 19de eeuw: "De verheerlijking van de Heilige Antonius van Padua", gesigneerd "L.V.D. Abbeele 1856"; "Aanroepingen uit de litanie van Onze-Lieve-Vrouw" boven het Onze-Lieve-Vrouwaltaar; "De Opdracht van Jezus in de Tempel", getekend "L.V.D.A. 1857", boven het zuidelijk zijaltaar. "Opvoeding van Onze-Lieve-Vrouw", naar een kopie van P.P. Rubens, bewaard in de sacristie; Ecce Homo (19de eeuw), bewaard in de sacristie. Kruisweg uit de kerk van Petegem bij Deinze, ingezegend in 1896 ter vervanging van een kruisweg van 1855.
Beeldhouwwerk. Houten Mariabeeld op het noordelijk Onze-Lieve-Vrouwaltaar. Houten beeld van Sint-Elooi. Gepolychromeerde beelden van Heilige Antonius en Heilige Rochus aan weerszij van het zuidelijk zijaltaar. Beeld van de Heilige Antonius van Padua en van de Heilige Franciscus Xaverius (geschonken in 1894). Beeld van de Heilige Cornelius en van de Heilige Apollonia (geplaatst in 1898). Beeld van de Heilige Gerardus, aangekocht in 1900. Beeld van de Heilige Leo, in 1936 aan pastoor D’Hondt aangeboden bij zijn 25-jarig jubileum als pastoor te Heikant. Voorts beelden van Heilig Hart, Onze-Lieve-Vrouw, Heilige Jozef, Heilige Nikolaas van Tolentijn, Heilige Theresia van Lisieux én van Heilige Johannes Berchmans.
Hoofdaltaar gewijd aan Heilige Jozef met Kind; 17de-eeuws portiekaltaar afkomstig uit de gesloopte Dominicanenkerk te Gent; altaartafel en topkruis uit de 19de eeuw; in 1901 plaatsing van een nieuwe tabernakelkast volgens het Liber Memorialis afkomstig uit het "klooster van de Damen van Doorsele" (?), Mathias Zens zorgde voor de herstelling en de aanpassingen van dit tabernakel. Noordelijk zijaltaar gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw en zuidelijk zijaltaar gewijd aan de pestheiligen: 17de-eeuwse portieken met 19de-eeuwse altaartafel eveneens afkomstig uit de gesloopte Gentse Dominicanenkerk. Neogotische koorbanken. Eiken communiebank van 1744, afkomstig uit de kerk van Destelbergen met onder andere voorstelling van de vier Evangelisten en het Lam van de Apocalyps, in 1956 kregen twee panelen een versiering met druiventros en korenaren-motief. Eiken preekstoel, gedateerd van 1644, afkomstig uit de kerk van Destelbergen en door de kerk aangekocht omstreeks 1855. In 1903 gerestaureerd door Mathias Zens uit Gent, met toevoeging van een nieuwe trap en klankbord. In 1907 voorzien van panelen met de voorstelling van Jezus en de vier Evangelisten. Twee eiken biechtstoelen afkomstig uit de kerk van Grotenberge (bij Zottegem) en circa 1855 aangekocht door de kerk, één gedateerd 1766 met in de cartouche een weegschaal als symbool van de rechtvaardigheid, en één van 1770 of 1778, met in de cartouche de tafel van de 10 geboden en de datum 1770 of 1778. Marmeren doopvont met koperen dekstel, uit het derde kwart van de 19de eeuw.
Van Peteghemorgel, in de windlade inscriptie "L. Van Peteghem et frère, Gand 2 novembre 1823", gekocht in 1888 van de kerk van Mariakerke (Gent). Vermoedelijk betreft het de zonen van Lambert Van Peteghem die in 1777 in de Sint-Ludgeruskerk van Zele een orgel heeft geplaatst, namelijk Lambert-Corneille (1779-1855) en Pierre-Charles (1776-1852). Het orgel werd in 1973 gerestaureerd door orgelbouwer Gh. Potvlieghe – De Maeyer.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Heikant
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/84184 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.