Burgerwoning in neoclassicistische stijl, volgens het kadasterarchief circa 1906 gebouwd in opdracht van voormalig gemeenteraadslid Charles Louis Raman.
Burgerhuis met dubbelhuisopstand en L-vormig grondplan vertoont een traditionele indeling en gevelopbouw en contrasteert met de aanpalende hoger oplopende art-nouveauwoningen (nummers 2-3) en betegelde eclectische woning (nummer 5).
Breedhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een kunstleien zadeldak. Bepleisterde en geschilderde voorgevel verlevendigd door de verwerking van blauwe hardsteen in de plint en in de doorlopende vensterdorpels. Houten kroonlijst met tandlijst op klossen. Pui en uitspringend middenrisaliet afgewerkt met schijnvoegen. Gesmeed ijzeren balkon op rolwerkconsoles boven de voordeur markeert de bel-etage. Centrale vleugeldeur in eclectische stijl, met beglaasd bovenlicht en getraliede deurlichten. Getoogde vensters op de bovenverdieping gevat in een geprofileerde omlijsting met siersluitsteen. Al het buitenschrijnwerk is vernieuwd.
Woning naar verluidt in de jaren 1970 ter hoogte van de tuinzijde vergroot, waardoor de oorspronkelijke achtergevel niet meer zichtbaar is. De L-vormige uitbouw ten noordoosten van het hoofdvolume is nu verbouwd tot een hedendaagse keuken en leefruimte.
Interieur
Het interieur vertoont de traditionele indeling met een centrale in twee delende middengang. Op de begane grond bevinden zich aan de rechterzijde een kleine antichambre, de bordestrap en de voormalige keukenruimte; twee doorlopende salons aan de linkerzijde. De aankleding van elke ruimte, inclusief de hal, is ontleend aan een verschillende stijlperiode.
Kleine antichambre aan de straatkant in neorenaissancestijl wordt gedomineerd door een monumentale haard in natuursteen met hoge haardmond; verfraaid met schouwbalk met florale motieven op wangen met rolwerkconsoles en gedraaide zuiltjes met balustervormige basis.
De achterliggende voormalige keuken of bijkeuken is afgewerkt met wandschilderingen stilistisch aansluitend bij de 19de-eeuwse landschapsschilderkunst en waarschijnlijk gelijktijdig met de bouw van de woning aangebracht. Deze wandafwerking was omwille van hygiënische en onderhoudsredenen gebruikelijk voor keukens. Deze kleine ruimte wordt nu als berging en stookkamer gebruikt. De centrale hal in neoclassicistische stijl bewaart de wandafwerking en binnenschrijnwerk, met kenmerkende panelen met uitgespaarde hoeken en rozetten, alsook het stucplafond met geprofileerd lijstwerk.
De twee samengevoegde salons aan de linkerzijde, sinds de jaren 1970 aan de tuinzijde vergroot, vertonen nog hun aankleding met neorococo en neoclassicistische elementen (gestucte zoldering met rozetten met rocailles en bloemmotieven, een schouw in witte marmer, binnenschrijnwerk met krukken met grillige versiering).
De kamers op de bovenverdieping zijn rond de overloop en traphal geschikt en zijn veel soberder uitgewerkt dan de benedenkamers. De indeling, het binnenschrijnwerk, de deurkrukken … zijn nog aanwezig.
Een grote zolder die de ganse breedte van de woning overspant is gemoderniseerd. De ingebouwde trapkoker en de herstelde spantenstructuur zijn zichtbaar.
Vlaams Ministerie van Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed, Agentschap Ruimtelijke Ordening Vlaanderen, Ruimtelijke Ordening Oost-Vlaanderen, Onroerend erfgoed, Archief.
DE MOL D., Wetteriana 1882-1982, Wetteren, 1986, 124-131.
UYTTENDAELE R., CLINCKSPOOR J. & DE MOL D., Wetteren fotoarchief 1860 - 1962, Wetteren, 1985, 154.
VERPLANCKE D., Een overzicht van de nog bestaande herenhuizen uit de periode 1830-1914 te Wetteren, onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Gent, 1992, 108-112.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)