is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Ensemble van eclectische burgerhuizen
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Ensemble van twee eclectische burgerhuizen
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Ensemble van twee herenhuizen
Deze vaststelling was geldig van tot
Volgens het kadasterarchief circa 1906 als één geheel ontworpen in opdracht van weduwe Van der Schueren en gebouwd op grond die Charles Libbrecht - Van Cromphaut, directeur van de Koninklijke Buskruitfabriek te Wetteren, in 1904 had gekocht.
Monumentale Burgerwoning (nummer 6) bestemd als woning voor de bouwheer, aanpalend hoekpand (nummer 7) als opbrengsteigendom. Beide woningen werden in 1919 eigendom van Philomène Van der Schueren, echtgenote van Jules Van der Stichel.
Woningen in eclectische stijl ontworpen als twee afzonderlijke woningen; opgetrokken in dezelfde materialen met gelijkend kleurrijk gevelparement onder een doorlopend mansardedak.
Huidige notariswoning nummer 6, ontvouwt een L-vormige plattegrond op een rechthoekig perceel. De herenwoning telt vijf traveeën en twee bouwlagen onder een doorlopend mansardedak. Centrale deurtravee gemarkeerd door een blauw hardstenen balusterbalkon op consoles aan de bel-etage en een hoger oplopend dakvenster met tuitgevel. Oorspronkelijke bekroning zie prentbriefkaart verdwenen. Brede voorgevel geritmeerd door getoogde muuropeningen onder siersluitstenen, centrale vleugeldeur met beglaasd bovenlicht en decoratief deurlicht, én een horizontaliserend gevelschema. Kleurrijke gevelbekleding, aansluitend bij het aanpalende pand nummer 5, bestaat uit wit-beige baksteenmetselwerk verlevendigd met groen geglazuurde baksteenbanden tussen de vensters en een rasterpatroon in borstwering en hoofdgestel. Gevelontwerp ten slotte verfijnd door hoge blauwe hardstenen sokkel, omlopende houten kroonlijst met tandlijstje op uitgelengde modillons en witgeschilderde schrijnwerk.
De beraapte achtergevel op een gecementeerde plint met schijnvoegen loopt door tot nummer 7. De getoogde muuropeningen op lekdrempels zijn gevat in witgeschilderde gestucte omlijstingen met siersluitstenen en vormen een mooi contrast met de grijze rotsering. De verspringende vensters ter hoogte van de traphal zijn allemaal voorzien van fijn geslepen glaswerk.
De haaks geplaatste eenlaagse bijbouw in baksteen onder een zadeldakje behield grotendeels zijn oorspronkelijk voorkomen. De bijbouw situeert zich ten noordoosten van de woning en wordt nu als keuken gebruikt.
Elke ruimte aangekleed in een verschillende neostijl, aansluitend bij de 19de-eeuwse traditie. Traditionele dubbelhuisopbouw met centrale hal die het gebouw inwendig opdeelt en de circulatie tussen privé en publieke vertrekken op de begane grond organiseert. Publieke gedeelte, nu het notariskantoor, in de linkse salons. Privévertrekken in de rechtersalons en op de bovenverdiepingen.
Brede hal behield oorspronkelijk neoclassicistische voorkomen; neo-Lodewijk XVI-motieven onder meer verwerkt in de zwart en wit marmeren vloer met geometrisch patroon, de fraaie gestucte zoldering met verfijnd lijstwerk op consoles en pilasters én de wanden met paneelversiering met uitgespaarde hoeken. Marmerimitatie naar verluidt in opdracht van de huidige eigenaars aangebracht ter vervanging van de oorspronkelijke schildering. Bordestrap met fraaie balustervormige trappaal met marmeren bloktrede, ten einde van de gang. De keldertoegang bevindt zich onder en een beglaasde deur naar de tuin achter de trap. Vensters met decoratief geslepen glaswerk zorgen voorts voor de nodige lichtinval in de traphal.
Links salon aan de straatkant, nu ontvangstruimte voor het notariaat, in second-empirestijl (centrale trompe-l'oeilschildering met putti tegen wolkenhemel en hoeken met muziekinstrumenten; omlopende wandbespanning; monumentale witmarmeren schouw).
Achterliggende bureelruimte voor notariaat, via beschilderde vleugeldeur, eveneens met trompe-l'oeilschildering met gesjabloneerde bladmotieven én marmeren schouwmantel.
Salons rechts van de centrale hal in neo-Vlaamserenaissance-stijl, behoren tot de privévertrekken van de bewoners. Grote voorkamer met initialen "VDS", mogelijk verwijzend naar de bouwheer weduwe Van der Schueren, op schouwbalk gedragen door Ionische zuiltjes met als leeuwenhoofdjes uitgewerkte consoles. Aanpalend salon voorzien van soberdere aankleding in neo-Vlaamserenaissance-stijl. Vijf kamers op de verdieping rond de overloop geschikt in traditionele eenvoudigere uitvoering.
Veel kleinere aanpalende hoekwoning nummer 7, met U-vormig grondplan, is ingeplant op een klein rechthoekig perceeltje. Woning van het enkelhuistype aanvankelijk bestemd als huurwoning en bijgevolg minder rijkelijk uitgewerkt. De afgeschuinde hoektravee met bekronend dakvenster markeert het bouwblok ter hoogte van de Korte Kouterstraat. De hoek- en de twee traveeën tellende straatgevel vertonen dezelfde opbouw als de woning nummer 6 met onder meer homogeen gevelparement op een blauwe hardstenen sokkel, gelijkvormige gevelopeningen en (smallere) voordeur onder een doorlopend mansardedak en kroonlijst. Het schrijnwerk in de bakstenen zijgevel van drie traveeën is vernieuwd. De centrale vensterpartij ter hoogte van een extra deuropening verspringt.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Jan Broeckaertlaan
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble van eclectische burgerhuizen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/84932 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.