Betonnen militaire constructie, gelegen op een hoger gelegen weide naast (ten noorden van) de spoorlijn tussen Melle en Denderleeuw, op 160 meter ten noordwesten van de Oosterzelesteenweg (N42). Een onverhard pad loopt tussen de bunker en de spoorlijn. De bunker ligt op 140 meter ten noordnoordwesten van de bunker A40.
Het betreft een Belgische bunker, opgetrokken als onderdeel van het Bruggenhoofd Gent. Deze verdedigingsstelling werd tussen 1934 en 1938 aangelegd op acht kilometer ten zuiden van Gent ter verdediging van het nationaal reduit. De aanleg hiervan kaderde in de fortificatiepolitiek die België na de Eerste Wereldoorlog voerde.
Het eigenlijke bruggenhoofd was opgebouwd uit twee weerstandsnesten – Betsberg en Muntekouter – en drie steunpunten – Semmerzake, Eke en Astene. De weerstandsnesten en steunpunten waren met elkaar verbonden via een courtine, bestaande uit drie verdedigingslijnen. De aanduiding ‘Av’ staat voor ‘Avancé’ of vooruitgeschoven. Deze bunkers werden opgetrokken op de voorste verdedigingslijn van de courtine, tussen Kwatrecht en Semmerzake, daar waar de observatiemogelijkheden vanuit de A-bunkers te beperkt waren. Bunker Av13 was een vooruitgeschoven bunker op de eerste verdedigingslijn ten noordoosten van het weerstandsnest Betsberg.
De bunker bestaat uit één toegangssas, twee bunkerruimtes elk met een getrapte schietopening voor mitrailleur en één observatiekoepel, die vanuit een mitrailleurkamer bereikbaar was via klimijzers. De schietopeningen hebben een verschillend bereik: de ene is gericht naar het zuidoosten richting spoorlijn, de andere naar het noordoosten, richting Kwatrecht. Het schootsveld was onder meer afgestemd op dat van bunker A40. De bunker was voorzien op de opstelling van een mitrailleur van het type Maxim, Hotchkiss of Colt. Een ‘oreillon’ (uitstekende muur) diende ter bescherming van de noordoostelijke schietopening.
De bunker werd wellicht gecamoufleerd als een bakstenen stal. Hiertoe werd de volledige bunker, inclusief de oreillon en de observatiekoepel, met bakstenen muren omgeven. Ook op de betonnen muur achter deze bakstenen muren werd een baksteenmotief aangebracht. De schietopening richting spoorlijn stak verborgen achter metalen luiken, waarop vermoedelijk houten raamprofielen waren aangebracht. De schietopening richting Kwatrecht stak volgens het plan verborgen achter een grote houten poort. Op het betonnen dak was een zadeldak voorzien.
De beschadigingen en inslagen aan het zuidoostelijke schietgat en aan de noordoostelijke zijde zijn wellicht het gevolg van de gevechten van mei 1940. Op bevel van de Duitse bezetter werden ijzeren onderdelen in 1941 verwijderd en werden bunkeropeningen in 1944 dichtgemetseld. Op 19 september 1944 maakte een B17 bommenwerper een noodlanding bij de bunker.
- JANSSEN E. 2007: Bruggenhoofd Gent, België onder de wapens 26, Erpe.