is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Woning Leon Famelaer-Kerckaert
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Woning Leon Famelaer-Kerckaert
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Burgerhuis
Deze vaststelling was geldig van tot
De voormalige woning Leon Famelaer-Kerckaert, gelegen aan de Wegvoeringstraat is een representatief voorbeeld van een burgerhuis in art-nouveaustijl van 1904-1905, naar ontwerp van de Gentse architect Geo Henderick.
Dit mooie burgerhuis in art-nouveaustijl werd volgens kadastergegevens in 1905 op de plaats van een ouder gebouw opgetrokken als woning en magazijn voor bouwondernemer en meestermetser Leon Famelaer-Kerckaert uit Wetteren (zie gesigneerd bouwplan van 1 september 1904). Het huis geldt als één van de belangrijkste realisaties uit het vroege oeuvre van architect Geo Henderick, die de ontwerpen voor de woning exposeerde op de IIIde tentoonstelling van de "Association Artistique" in de aula van de rijksuniversiteit Gent (1905). Het gebouw bleef in het bezit van de familie Famelaer tot het jaar 1957, wanneer het verkocht werd aan de huidige eigenaars. In 1957 werd het huis in twee wooneenheden gesplitst waarbij de koetspoort werd vervangen door een venster en het venster links daarvan door een deur. Drie jaar later in 1960, werd een achterliggend perceel aan de site toegevoegd waarop een langgerekt gebouw (met garages) werd opgetrokken. De tot woning omgevormde koetsdoorrit wordt anno 2013 gerenoveerd. De oorspronkelijke koetspoort wordt gerestaureerd en teruggeplaatst.
De woning Leon Famelaer-Kerckaert is illustratief voor de evolutie die Wetteren in de 19de eeuw doormaakte waarbij de kleine gemeente Wetteren uitgroeide tot een centrumgemeente met stedelijke allures waarbij de gegoede burgerij vanaf de tweede helft van de 19de eeuw tot en met het begin van de 20ste eeuw voor zichzelf ruime burger-, herenwoningen en villa’s aan de belangrijkste uit- en invalswegen liet bouwen, zoals de Wegvoeringstraat. Voor het ontwerp, de inrichting en aankleding van deze nieuwe woningen deed de burgerij een beroep op geschoolde bouwmeesters, architecten en kunstenaars die aan de eigen academie of deze van Dendermonde en Gent hun opleiding hadden genoten en waarvan enkele zelfs landelijke faam genoten zoals architect Geo Henderick, de bouwmeester van de woning aan de Wegvoeringstraat 46.
De in twee wooneenheden opgedeelde voormalige woning Famelaer-Kerckaert ontvouwt een L-vormige plattegrond. Ten oosten situeert zich de tot woning omgevormde koetsdoorrit met achterliggend voormalig koetshuis, ten westen het eigenlijke woonhuis met aansluitend een verharde koer.
De voormalige woning Famelaer-Kerckaert betreft een fraaie burgerwoning van twee bouwlagen en vier traveeën onder een half schilddak in kunstleien. Het gebouw wordt gekenmerkt door een opvallend gevelparement van witgeglazuurde bakstenen afgewisseld met groen- en roodgeglazuurde bakstenen voor de banden en de ontlastingsbogen boven de getoogde muuropeningen. Natuursteen wordt onder meer voor de doorgetrokken lekdrempel in de eerste bouwlaag, de cordonlijst boven het gelijkvloers en de neuten, hoek-, aanzet- en sluitstenen rond de muuropeningen gebruikt. De dorpels in de tweede bouwlaag vertonen een sierlijk gebogen front op consoles en dragen bij tot de dynamiek in het gevelontwerp. De plint is samengesteld uit blauwe hardsteen en grote okerbruine grèsblokken. De rode-en-groene (bonte) zandsteen is zandsteen van Grandglise.
De hoger opgetrokken licht vooruitspringende rechter travee met voormalige koetsdoorrit, is boven de cordonlijst gevat tussen lisenen, en loopt hogerop in een beeldbepalende parabolische topgevel bekroond door een obeliskvormig topstuk geflankeerd door gestileerde natuurstenen vogelmotieven, typerend voor de architectuur van Geo Henderick. Het risaliet wordt voorts gekenmerkt door een deurvenster met gestileerd ijzeren hek in de tweede bouwlaag en bekronend spitsbogig zoldervenster.
De drie westelijke traveeën worden bovenaan afgelijnd door een nieuwe lijst in kunststof, ter vervanging van de oorspronkelijke houten kroonlijst op uitgelengde modillons, die wordt geflankeerd door gestileerde figuren die ook de rechter travee sieren. De bel-etage wordt gemarkeerd door een houten loggia op natuurstenen consoles. Het hoofdgestel en de borstwering van het zoldervenster zijn opgesmukt door vier mooie tegeltableaus met afbeelding van pauwen en bloemen, volgens bouwplan en modelboeken vervaardigd door de Manufacture de Céramiques Décoratives, société anonyme, Hasselt. Het oorspronkelijke houtwerk met roedeverdeling en deels ingevuld met gekleurd glas, bleef grotendeels bewaard. De jongere voordeur met getoogd bovenlicht en voorzien van siersmeedwerk, in 1957 geplaatst ter vervanging van een venster, zou naar verluidt afkomstig zijn van een afgebroken woning in de Stationsstraat te Wetteren. Een lelievormige voetschraper bevindt zich rechts van de deur. De sobere achtergevel is afgewerkt met een cementering met schijnvoegen.
De binnenindeling stemt grotendeels overeen met het oorspronkelijke bouwplan van 1904, met uitzondering van de koetsdoorrit die in 1957 inwendig van de woning werd afgesloten.
De gekozen stijl voor de binneninrichting is niet zo vooruitstrevend als het gevelontwerp. De bouwheer opteerde meer voor een eclectische dan voor een art-nouveau-aankleding. Enkel de veranda herbergt een mooie keramische tegelvloer in art-nouveaustijl (zweepslagmotief).
Ook de plattegrond is traditioneel voor een eind-19de of begin-20ste-eeuwse grote burgerwoning. Een ruime traphal, aanvankelijk bereikbaar via de koetsdoorrit, in het midden van de woning, is het centrum van alle circulatie. Twee ruime flankerende salons en een kleine wachtruimte, die in 1957 werd omgevormd tot inkomsthalletje, zijn in L-vorm geschikt rond de traphal met oorspronkelijke houten bordestrap met marmeren aanzettrede. De keramische tapijttegelvoer (met blauwtinten) bleef behouden. Het glaswerk van het grote rondbogige halvenster werd jammerlijk vervangen door glasdallen.
De salons op de begane grond bewaren nog veel verzorgde en kwalitatieve begin 20ste-eeuwse elementen in eclectische stijl, zoals onder meer witte en grijze marmeren haarden met corresponderende venstertabletten, plafonds voorzien van decoratief lijstwerk en rozetten, verzorgd sluitwerk van ramen en deuren, eigentijds binnenschrijnwerk, en een lambrisering van geperst karton.
Oorspronkelijk waren vijf kamers en de zoldertrap op de bovenverdieping geschikt rond de centrale gang. Door de opdeling in twee wooneenheden in 1957 werden de zoldertrap en de twee kamers boven de koetsdoorrit afgescheiden van het hoofdgebouw. De andere drie kamers behielden hun oorspronkelijke aankleding met houten vloeren, marmeren schouwmantels en binnenschrijnwerk. De grote voorkamer staat in verbinding met de beeldbepalende erker die nog voorzien is van oorspronkelijk hout- en deels gekleurd glaswerk.
Zoals hoger aangehaald werd de koetsdoorrit, de boven- en zolderverdieping in 1957 omgevormd tot afzonderlijke wooneenheid. Anno september 2013 wordt dit woongedeelte gerenoveerd, waarbij de oorspronkelijke poort wordt herplaatst en decoratieve elementen van circa 1904-1905 in ere hersteld (zoals de wandafwerking met marmerimitatie).
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier 4.001/42025/101.1, Woning Leon Famelaer-Kerckaert
Auteurs: Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Wegvoeringstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Woning Leon Famelaer-Kerckaert [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/85118 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.