Het huidige sluizencomplex uit 1868 is de vervanging van een schutsluis met twee puntdeuren. De huidige sluis is een combinatie van een grote en een kleine stuw. Op het eilandje staat een bakstenen sluiswachtershuisje. Er zijn drie hoofdbestanddelen te onderscheiden:
Schutsluis
De sluishoofden hebben afrondingen aan de uiteinden, het gedeelte waaraan de deuren scharnieren en de boordsteen zijn in blauwe hardsteen uitgevoerd. Het deel daartussen is uitgevoerd in metselwerk. De schutkolmuren zijn uitgevoerd in metselwerk met een boordsteen in blauwe hardsteen.
De puntdeuren zijn uitgevoerd in hout met per deur twee tussenregels en één drukschoor. Bij de vloerdeuren zijn de verbindingen van stijlen met regels en drukschoren gerealiseerd met bouten en versterkt met staal. Bij de ebdeuren zijn de stalen versterkingen verdwenen. De sporen ervan zijn nog zichtbaar. De beplanking van de deuren is evenwijdig met de drukschoren. Op de deuren zijn loopplanken bevestigd met twee leuningen aan elke kant. Per deur is er een glijschuif voorzien met rondsel-heugelstang bovenop de deur. De deuren scharnieren door middel van een hals in een halsbeugel en worden bewogen door een heugelstang en rondsels die in de schutkolmuur zijn ingewerkt.
Grote stuw
De grote stuw in blauwe hardsteen stuwt het water op door middel van (schot)balken. Er is een bedieningsgebouwtje in metselwerk erboven gebouwd met een houten loopbrugje er juist naast. Stroomopwaarts van dit riviergedeelte is er een gewapend betonnen overspanning gebouwd van 3-4 meter breedte met twee trappen aan elke oever. Stroomafwaarts bekeken wordt het metselwerk van het gebouwtje ondersteund door een houten balk. De oeverbekleding is langs de ene kant in beton gerealiseerd. De andere oever is met natuursteen bekleed.
Kleine stuw
De kleine stuw bestaat uit vier houten hefdeuren naast elkaar die door middel van twee kettingen kunnen verplaatst worden door middel van een stalen liersysteem. Het geheel is herbouwd in 1956. Daarvoor was het ophaalmechanisme in hout en met koorden in plaats van kettingen. De deurgeleiders en de deuren zijn in hout. Er zijn twee dienstgebouwen langs elke kant van het stuwsysteem. Het geheel is overdekt met plastic golfplaten op een houten gebinte.
CALVERT R. 1963: Inland Waterways to Europe, s.l.
FRANZIUS O. 1936: Water Engineering, s.l.
S.N. 1957: A History of Technology, volume 3, s.l.
S.N. 1958: A History of Technology, volume 4, s.l.
VERNON-HARCOURT 1896: Rivers and Canals, volume 2, s.l.
Bron: Onroerend Erfgoed - Industrieel Erfgoed, Beschermingsdossier DO000830, Sluizencomplex. Auteurs: De Schepper, Jo Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)