Dubbelhuis van drie traveeën en twee en een halve verdieping onder een zadeldak (kunstleien). Steile dakhelling en zijtrapgevels wijzen op een oudere kern, vermoedelijk uit de 17de eeuw. Art-nouveau-getinte lijstgevel, vermelding van architect op sokkel: J. Persoons, 1912. Natuurstenen benedenverdieping en gecementeerde bovenverdieping. Bouwlaag gemarkeerd door natuurstenen balkon over de ganse gevelbreedte der bel-etage en door cordon onder de mezzaninovensters. Balkon op geprofileerde consoles uitlopend op palmet; ijzeren hek tussen postamenten. Brede schouderboogvormige benedenvensters; gekleurde beglazing in de bovenlichten. Rechthoekige bel-etagevensters in een geriemde omlijsting met sluitsteen verfraaid met een brede bekronende bloemenfries in sgraffito. Kroonlijst op schoorstukken waartussen rechthoekige mezzaninovensters.
Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent. Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)