Voormalige hoeve, site reeds weergegeven op het primitieve kadasterplan (circa 1835). Hoeve met L-vormige opstelling gelegen binnen vierkante omwalling. De Atlas der Buurtwegen (1849) toont een gelijke opstelling.

Volgens de kadastrale gegevens wordt de hoeve uitgebreid met een zwingelarij in het zuiden in opdracht van A. Vercruysse. In 1928 worden de gebouwen grotendeels afgebroken en heropgebouwd door vlashandelaar Benoit; de zwingelarij wordt behouden. De hoeve heeft dan een motorzwingelarij (zuiden), magazijn (oosten) en vlasschuur (westen).

Nu, dieper in gelegen voormalige hoeve van circa 1928 met losse bakstenen bestanddelen onder zadeldaken. Ten noorden boerenhuis, ten oosten voormalig magazijn, ten zuiden voormalige zwingelarij thans garage. Ten westen vlasschuur bestaande uit twee beuken met typerend heiligennisje boven de poort. Ten zuiden recentere schuren.

Boerenhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder pannen zadeldak. Licht vooruitspringende deurtravee, vermoedelijk voorheen doorgetrokken boven de kroonlijst en met laadluik. Hoeken gemarkeerd door verticaliserende lisenen. Venstertraveeën afgelijnd door overhoekse muizentandfries. Korfbogige muuropeningen onder druiplijstje; arduinen aanzetstenen. Vernieuwd schrijnwerk.

Buiten het erf, eenvoudig bakstenen kapelletje gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Fatima naar ontwerp van A. Vlieghe. Dankkapel opgericht in 1947 omdat de opdrachtgever zijn vlasfabriek gespaard bleef van de bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bedehuisje op rechthoekige plattegrond onder zadeldak bekleed met tegelpannen. Flankerend laag bakstenen muurtje. Puntgevel gekenmerkt door gemetst kruis in hoogreliëf. Schuin uitlopend in hoeksteunberen. Geprofileerde rondboogdeur. Zijgevel geritmeerd door rondboogvensters. Halfrond bakstenen bordes en trede.