Imposante villa gelegen op een heuveltje met grote ommuurde tuin, gebouwd in 1927-1928 in opdracht van Leon Alen, wisselagent te Tielt.

Historiek

Op de heuvel is vóór de bouw van de woning een boomgaard gelegen, een plein vol afgezaagde bomen en een klein huisje. In 1927 koopt Leon Alen de grond en laat er naar eigen ontwerp een villa optrekken. Naar verluidt wordt het bouwplan getekend door Ghislain en Antoon Van Wonterghem, leerlingen aan het Sint-Lucasinstituut in Gent. De uitvoering gebeurt onder aannemer Edouard Debeil met schrijnwerk van vader Emile Van Wonterghem en de bovenvermelde zonen. Na bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog loopt de villa lichte schade op, onder meer aan de inkomhal.

In 1953 wordt de villa verkocht door weduwe Alen aan de Zusters van het Geloof om dienst te doen als internaat voor het Sint-Jozefsinstituut met enkele klaslokalen. Vanaf 1969 is het pand in gebruik als noviciaatgebouw dat voorheen in Kortrijk gevestigd is. In 1978 worden kapel en vergaderruimte door architect Delafontaine (Rumbeke) verbouwd.

Sedert 2000 is het noviciaatshuis overgebracht naar Waregem; heden verblijven er nog enkele zusters.

Beschrijving

Exterieur. Villa met neoclassicistische en traditionele inslag gelegen op een heuveltje met grote beboomde en omhaagde tuin, op een perceel begrensd door de Dwangstraat ten zuiden en de Kroonstraat ten noorden. Verzorgde en decoratieve tuinafsluiting bestaande uit lage bakstenen muurtjes, pijlers met piramidale dekstenen waartussen buisleuning. Toegang via twee poortgebouwen in cottagestijl op de hoek met en langs de Kroonstraat. Opengewerkte houten poorten tussen bakstenen pijlers onder overkragend schilddakje (afgeronde daktegels) waarvan daklijst op houten consoles.

Vrijstaand woonhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder mansardedak (nok evenwijdig met straat; mechanische pannen/daktegels). Geschilderde houten kroonlijst op consoles. Nieuwe dakkapellen. Roodbakstenen lijstgevel verlevendigd door verwerking van zandsteen voor onder meer doorlopende banden, aanzet- en hoekstenen van strekken en dorpels. Bovenverdieping gemarkeerd door halfronde erker op voluutconsole met vernieuwde bedaking. Gelijkaardige halfronde uitbouw van benedenerker aan noordzijgevel. Segmentboogopeningen; nieuw schrijnwerk. Verhoogde begane grond waarin getraliede kelderopeningen. Aan voorgevel, natuurstenen bordestrap. Centrale inkom met deels beglaasde vleugeldeur voorzien van ovale bovenlichten en ijzeren hekjes. Aan noordzijde, tweede bordestrap met opengewerkte bakstenen leuningen. Aan zuidgevel, recente uitbouw voor lift onder hoge bedaking (daktegels), met gebruik van dezelfde bouwmaterialen. Achtergevel met recente vijfzijdige deels beglaasde uitbouw voor kapel.

Interieur. De oorspronkelijke plattegrond toont een voorhal met centrale achtzijdige traphal, drie burelen aan de noordzijde en salon, eetkamer en keuken aan de zuidzijde en veranda aan de oostzijde.

Huidig interieur deels aangepast ten behoeve van de functie als noviciaatgebouw. Inkomhal met vleugeldeur naar traphal waarin glasramen met geometrische motieven. Zenitaal verlichte centrale traphal met houten bordestrap in art-decostijl voorzien van afgeronde zwartmarmeren en houten aanzettrede en fraai gestileerde ijzeren leuning; zelfde leuning als borstwering op de bovenverdieping. Achtzijdig verdeeld traplicht met kleurrijk ovaal glasraam.

Overige bewaarde interieurelementen zijn onder meer enkele marmeren schouwen, houten lambrisering, binnendeuren, stucwerk van plafonds en wandlijstwerk. Aan oostzijde, sober ingerichte kapel (1978) met onder meer verticaal glasraam met kleurrijke abstracte motieven door Anneesens (Menen); beeld van Christus aan het kruis door de Tieltse beeldhouwer Maurice Vander Meeren.