De hoeve klimt minimaal op tot de tweede helft van de 18de eeuw, zie op de Ferrariskaart (1770-1778) worden ten noorden van de "Poelberghe Meulen" drie losstaande volumes weergegeven met moestuin ten noordwesten en toegang vanaf de Mankemerriestraat via een dreef aan de westzijde. De weg langsheen de hoeve is dan nog niet rechtgetrokken. Zelfde configuratie op het primitief kadasterplan (circa 1830) wanneer de hoeve in eigendom is van C. Goemaere. In de loop van de 19de eeuw wordt de hoeve aangekocht door de familie Mulle de Terschueren.
In 1893-1894 laat Emiel Mulle de Terschueren het woonhuis uitbreiden aan de westzijde en de schuur- en stalvleugel vergroten. Ten zuidoosten van het erf wordt een stoomgraanmolen gebouwd.
In 1945 laat de toenmalige eigenares Emilia Mulle de Terschueren een bijgebouw ten noordwesten van het woonhuis optrekken en de bestaande bijgebouwen en de maalderij vergroten.
In de jaren 1990 worden onder meer een nieuwe varkensstal en een loods met mestkelder gebouwd, waarrond later een groenscherm wordt opgetrokken.
Beschrijving
Toegang tot het onverharde, grotendeels omhaagde erf met grasperken via ijzeren hek tussen overhoeks geplaatste bakstenen pijlers met geprofileerde lijst en piramidale bekroning; rechterpijler met segmentboogkapelletje in zwartbakstenen omlijsting.
Losstaande verankerde bakstenen bestanddelen onder zadeldak met Vlaamse pannen.
Ten westen van het erf, eenlagig witgekalkt woonhuis met gepekte plint van zeven traveeën onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; zwarte Vlaamse pannen). Betegelde onderdorpels. Getoogde muuropeningen onder ongeschilderde strekken; geschilderde T-ramen. Verdwenen luiken. Gecementeerde oostzijgevel. Aan oostzijde, witgekalkte lagere aanbouw onder lessenaarsdak; aan westzijde, aangebouwde bakstenen stal.
Ten noorden van het erf, parallel met het woonhuis, bakstenen stalvleugel met onder meer grote geschoorde dakoverstek aan erfzijde en staldeurtjes met luikjes; oostzijgevel met laaddeurtje en nieuwe metalen schuifpoort. Lagere recente aanbouw aan noordzijde over de hele breedte. Aan westzijde, vermoedelijk ouder eenlagig woonhuis van twee traveeën onder hogere nok; segmentboogopeningen.
Ten oosten van het erf, haakse dwarsschuur met onder meer rechthoekige poort en lage segmentboogpoorten; in zuidgevel jaartalsteen "1900" en laaddeurtje. Aan oostzijde, recentere aanbouwen (onder meer loods) waardoor integratie van eind-19de-eeuwse maalderij, een bakstenen gebouw onder pannen schilddak met verspringende nok; segmentboogvenster en nieuwe poort.
Ten zuidwesten van het erf, half ondergrondse begroeide gemetselde aardappelkelder.
Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)