Hoeve bestaande uit losstaande bestanddelen, waarvan het boerenhuis minstens teruggaat tot het midden van de 18de eeuw, zie voorkomen binnen hoefijzervormige omwalling met drie bijgebouwen ten noorden, in landboek Kanegem, kaart 13de kanton (1762). Ten oosten bevond zich een vierkante omwalde site, mogelijk het restant van een opperhof. Een klein oostelijk bijgebouwtje is ouder dan 1830, zie primitief kadasterplan. Aan oostzijde van het boerenhuis bevinden zich nog restanten van een walgracht. Vermelding "Tiende Straetje". Het boerenhuis wordt volgens kadasterregistratie in 1880 uitgebreid aan zuidzijde, aan oostzijde van het erf wordt een stal geregistreerd (volgens datering in de zijgevel echter reeds opgetrokken in 1838). Een schuur langs straatzijde, die gedurende de 19de eeuw al enkele aanpassingen onderging, wordt circa 1932 afgebroken. Ten westen van het boerenhuis wordt op de plaats van een ouder landgebouw een nieuwe schuur opgetrokken (mogelijk eind 19de-eeuws, registratie bij kadaster pas in 1932), het gebouw uit 1838 wordt "kiekenserre" genoemd. De hangar ten zuiden van het boerenhuis wordt volgens kadaster opgetrokken in 1939. Op huidige topografische kaarten weergegeven als hoeve "Grote Watervalle". Mogelijk zo genoemd naar de vierkante walgracht of "waterwal" ten oosten.
Erf in losse verharding en begraasd met een centrale es en een plantsoentje. Aan westzijde staat een schuur/ stal in verankerde baksteenbouw onder licht overkragend zadeldak (nok loodrecht op straat, mechanische pannen). Erfgevel gekenmerkt door kleine getoogde stalvensters, poort onder ijzeren latei, grote houten schuifpoort met klinket (voormalige poortdoorrit), tweeledige getoogde staldeur, dakvenster met laadluik; westgevel met gedichte poortopeningen.
Aan zuidzijde van het erf een eenlaags verankerd bakstenen boerenhuis van zeven traveeën op lichte verhoging, witgekalkt met gepekte plint, onder overkragend zadeldak op kardoezen (nok evenwijdig met straat, mechanische pannen). Rechte beluikte vensteropeningen, nieuw schrijnwerk, betegelde onderdorpels; lage getoogde deuropening met nieuwe deur waarboven ovalen oculus met dievenstaaf. Westelijke uitbouw onder lessenaarsdak. Aan oostzijde een verankerd bakstenen stalvolume onder zadeldak (nok haaks op straat, Vlaamse pannen). Stuk wagenhuis met drie poorten onder houten latei, onder meer één gedicht; rondbogige muuropeningen, onder meer gedicht. Aan noord- en oostzijde uitbouw van kleine stalletjes onder lessenaarsdak. Zuidgevel met oculus en uilengat met omlijsting in gesmoorde baksteen, opvallende datering in geveltop door gebruik van gesmoorde baksteen in metselwerk, jaartal "1838" binnen omlijsting.
Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)