Molenaarshoeve, voormalige molensite van "Billiets molen" of "Plaetse Molen". In 1823 wordt in opdracht van molenaar/ olieslager Norbert d'Huyvetter een nieuwe stenen stellingmolen opgericht, die dient als koren- en oliemolen. Vlakbij aan oostzijde van de molen stond een gebouw, vermoedelijk graanpakhuis (verdwenen), ten zuiden aan straatzijde stond een klein huisje, confer primitief kadasterplan (rond 1830). Volgens kadaster wordt in 1839 het kleine huisje herbouwd en vergroot, in 1841 wordt ten westen daarvan parallel met de weg een nieuw molenaarshuis met haakse achteraanbouwen geregistreerd, volgens jaartalsteen echter gelijktijdig met de molen in 1823 opgetrokken. Halverwege de 19de eeuw wordt de molen eerst verpacht aan familie De Zutter, vervolgens aan familie Desander, tenslotte aan familie Billiet en in 1920 door laatstgenoemde gekocht. Vermoedelijk wordt de molen rond 1920 onttakeld. In 1941 verschijnt ten noorden van de molen een klein bijgebouw. In de tweede helft van de 20ste eeuw worden ten noorden van het molenaarshuis enkele schuurtjes of ateliers gebouwd. De molenkuip wordt grotendeels afgebroken in 1954, de laatste resten van molen en het graanpakhuis worden definitief opgeruimd in 1977.
Erf in losse verharding en stukken gazon en plantsoen, afgesloten van straat door een laag witgeschilderd bakstenen muurtje met pijlers waartussen ijzeren buizen, hekpijler met bekronend natuurstenen ornament (niet oorspronkelijk) waaraan een ijzeren hek met geometrische motieven (interbellum).
Verankerd eenlagig bakstenen molenaarshuis van zes traveeën onder zadeldak (nok parallel met straat; vernieuwd in rode daktegels, voorheen met Vlaamse pannen). Witgekalkte straatgevel met gepekte plint, rechthoekige muuropeningen met omlijsting in grijsgeschilderde natuursteen en dito onderdorpels; bewaard schrijnwerk met zes glasvlakken, luiken met luikklemmen, deur met beglaasd tweeledig bovenlicht. Houten geschilderde gootlijst waaronder band met granito-afwerking. Oostelijke zijgevel met oculus waaronder jaartalsteen "1823"; getoogde laaddeur geflankeerd door twee dito venstertjes. Noordelijke haakse achteraanbouw opgevat als stal/schuur, in baksteen onder zadeldak in gesmoorde Vlaamse pannen, met overkraging gedeeltelijk gesteund op schoringen; witgekalkte erfgevel met gepekte plint, halve staldeurtjes onder houten lateien, rechte poort, getoogde en rechte stalvensters. Ten oosten een bakstenen bijgebouw (voormalig woonhuis) met witgekalkte erfgevel, met baksteenkroonlijst onder zadeldak (nok haaks op straat, rode en zwarte Vlaamse pannen). Vernieuwde gevelopeningen, onder meer onder betonnen latei.
S.N. 2005: Westvlaamse Windmolens: De Plaatsemolen of Billiets molen te Kanegem, Curiosa, 43.422, 17-18.
Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Aanvullende informatie
Het woonhuis en de achterbouw werden gerenoveerd, waarbij onder meer de daken werden vernieuwd, de straatgevel werd gedecapeerd en het schrijnwerk werd vernieuwd. De hekpijler werd gesloopt en het ijzeren hek met geometrische motieven is niet langer bewaard. Het bakstenen bijgebouw ten oosten werd eveneens gesloopt.
Informatie verkregen van Stad Tielt (22 augustus 2022).