Gelegen tussen de nieuwe pastorie (rechts) en de school (links), en er enigszins van geïsoleerd door een asfaltpleintje vooraan en een omringend kerkhof waartoe men toegang krijgt via twee ijzeren hekken aan weerszijden van de kerk. Neogotische hallenkerk, gedateerd 1843 boven de poort in de westgevel.

Eenvoudige plattegrond met een westtoren, schip van drie beuken en zes traveeën, koor met driezijdige apsis en sacristieën aan weerszij. Baksteenbouw op arduinen (vooraan) en zandstenen plint. Arduinen cordon ter hoogte van de onderdorpels, en doorlopend over alle gevels.

Westgevel met aan weerszij van de poort een arduinen spitsboogvormige nis, met Heilig Hartbeeld. In het middenrisaliet: poort met bovenlicht in een gedrukte spitsboogvormige arduinen omlijsting met tudorboogvormige druiplijst en kruisbloem, gevat in een rechthoekige arduinen overstekende omlijsting met bekronende spitsboogfries. Erboven een spitsboogvenster met ijzeren roeden in een arduinen lijst met druiplijst. Vierkante torenromp onder achtkantige lantaarn met spitsboogvormige galmgaten, en een hoge ingesnoerde spits. Zijgevels met spitsboogvensters tussen steunberen.

Koor met twee spitsboogvensters, waarvan één geblind. Kroonlijst op houten klossen. Twee eenvoudige sacristieën onder plat dak met bakstenen plint.

Tongewelf met pseudo-kruisrib- en kruisribgewelf op zuilen met bladkapiteel, achtkantige abacus en arduinen hoge sokkel en bladconsooltjes (respectievelijk voor midden- en zijbeuken).

Mobilair: twee barokke zijaltaren; neogotisch hoofdaltaar, koorgestoelte en biechtstoelen (19de eeuw); Lodewijk XVI-preekstoel; vernieuwde lambrisering en doksaal (19de eeuw).