Dit erfgoedobject heeft geen erfgoedwaarde meer. De erfgoedwaarden waarom we het object opnamen in de inventaris, zijn niet meer aanwezig, bijvoorbeeld door verbouwing of sloop.
Kartonfabriek De Clercq, voorheen "H. Behr & Cie". Imposante verankerde bakstenen hoofdgevel gericht op de spoorweg; twee en een halve bouwlaag van veertien traveeën onder zadeldak (Vlaamse pannen); vijfde en achtste travee door middel van een dakvenster met boograam verhoogd tot drie bouwlagen. Getoogde muuropeningen op de begane grond; natuurstenen onderdorpels voor de vensters met bewaarde luiken en vier linker traveeën; poorten in de gemarkeerde vijfde en achtste travee. Op de bovenverdieping, rondboogvensters steunend op doorlopende lekdrempels van natuursteen en bovenaan geaccentueerd door een omlopende en doorgetrokken bakstenen druiplijst van een rollaag. Grote laaddeur in die vijfde travee; gelijksoortige blinde muuropening met "laaddeurbeschildering" in de achtste travee. Kleine blinde zoldervensters steunend op een bakstenen lijst van een rollaag. De vensters van de oude productie-afdeling (vijfde tot veertiende travee) zijn voorzien van ijzeren roedeverdeling.
Bakstenen bijbouw van één bouwlaag met ruime zolderverdieping, oorspronkelijk afgedekt door twee aanleunende zadeldaken (nok loodrecht op hoofdgebouw, Vlaamse pannen); later uitgebreid met aanbouw onder derde gelijksoortige bedaking; de twee linker gebouwen van respectievelijk vier en vijf traveeën vertonen rondboogvensters met ijzeren roedeverdeling onder omlopende druiplijst; puilijst van een rollaag en eenvoudig rondboogvormig zoldervenster; de rechter bijbouw bezit slechts drie getoogde vensters met gelijksoortige roeden en markerende druiplijst; radvenster in de top; sierankers.
Binnenconstructie: herhaaldelijk aangepast doch behouden op gietijzeren zuilen rustende vloeren en bakstenen troggewelven tussen ijzeren I-balken. Technische installatie: de kern van de productie-installaties dateert uit het eerste kwart van de 20ste eeuw, doch met mogelijk oudere machines, en aangevuld met recentere uitrusting. Opmerkelijk is echter dat de drijfkracht nog steeds geleverd wordt door een compound-stoommachine met zuigersschuiven en injectie-condensatie (Gent, S.E.M. Usines Carels et Van den Kerckhove), circa 1935, deels via drijfassen, deels door middel van ter plaatse opgewekte elektriciteit (Siemens-dynamo van 165 kVA, sine dato); op stookolie overgeschakelde Lancashire-stoomketel (Usines de Jumet, 1911, 8 ampère); een tweede Lancashire-ketel (Brouhon, Liège, 1897) werd tot stookolietank omgevormd.
Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent. Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)