Lage dorpswoning, vermoedelijk reeds aangeduid op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778). Breedhuisje van vijf traveeën onder een zadeldak met zwarte mechanische pannen en een klimmende dakkapel. Laatstgenoemde vermoedelijk toegevoegd in de jaren 1930 confer houtwerk met smalle, horizontale roedeverdelingen. Op een foto van circa 1900 gepubliceerd door Goethals, verschijnt de woning met een bakstenen gevel met kooflijst onder de houten kroonlijst op klossen en met beluikte vensters. Heden bepleisterde en beschilderde gevel met rechthoekige openingen in een vlakke omlijsting en met arduinen lekdrempels. Houtwerk uit de jaren 1930.