Hoeve "Tempeliershof", hoeve met monumentale bakstenen bestanddelen en een historiek die tot de verbeelding spreekt.
Historiek
Volgens de literatuur bezaten de Tempeliers in Jabbeke vanaf de 14de eeuw een hofstede langs de Torhoutweg, afhankelijk van de commanderij van Slijpe. M. Desmedt vond daarover archiefgegevens terug in ommelopers van 1478, 1554 en 1692. De Tempeliers zijn een mythisch geworden orde, gesticht in 1119 om het heilige land te beschermen. Later werd de hoeve eigendom van het Brugse Sint-Janshospitaal. 16de-eeuwse bronnen vermelden hoeve en molen.
De huidige gebouwen zouden in kern teruggaan tot het laatste kwart van de 17de eeuw. Rond 1720 werd het "Tempeliershof" naar verluidt grotendeels heropgebouwd: alle gebouwen behalve het woonhuis werden gesloopt. Op de kaart van Ferraris (1771-1778) worden drie losse bestanddelen ten noorden, westen en zuiden van een binnenerf getekend. Het Primitief kadasterplan van 1830 geeft dezelfde situatie weer, met ten oosten een poel en ten zuiden van het westelijke volume een bakhuis. Het volume palend aan de straat draagt het jaartal "1822" in de geveltop van de noordelijke zijpuntgevel. De andere gebouwen werden ingrijpend verbouwd door Alfred de Man-van Caloen, zie de belangrijke wijzigingen die het kadaster in 1877 registreert en die reeds in 1864 plaats vonden. De legger vermeldt dat de landgebouwen werden gereconstrueerd; de mutatieschetsen geven een verlenging van de stal (noord) weer naar het westen toe, een noordelijke uitbouw tegen het woonhuis, en een nieuw volume ten oosten van het binnenerf.
Beschrijving
Indrukwekkende hoeve met losse bakstenen bestanddelen geschikt rond een vierkant gekasseid binnenerf met grote treurwilg. Ten zuiden, woonhuis op L-vormig grondplan, volgens de literatuur in kern eind-17de-eeuws, maar met belangrijke uitbreidingen van circa 1864 en recent gerenoveerd, deels als gastenkamers. Ten westen, grenzend aan de straat, de schuur, in zijpuntgevel uit 1822 gedateerd. Ten noorden het opvallend lange stalvolume, deels 18de-eeuws, ten westen met uitbreiding van circa 1864.
Indrukwekkend groot boerenhuis van acht traveeën van anderhalve bouwlaag met ten westen twee hoge opkamertraveeën, alles gevat onder doorlopend pannen zadeldak (nok haaks op de weg, mechanische pannen). Licht getoogde muuropeningen met nieuw schrijnwerk. Aan erfgevel zijn de muuropeningen sterk gewijzigd: twee nieuwe korfboogpoorten, verlaagde vensters, de verdieping is grotendeels gesloten. De haakse uitbreiding op de noordoosthoek is eveneens sterk verbouwd.
De schuur aan westzijde, langs de straat, is een rode baksteenbouw onder rood pannen zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). De indrukwekkende brede puntgevels zijn afgewerkt met muurvlechtingen en hoge luchtgleuven; in de noordelijke gevel een radvormig uilengat en jaartalsteen "1822". De korfboogpoort aan straatzijde is dichtgemetseld.
Opvallend lang stalvolume aan de noordzijde van het erf. Baksteenbouw met rode en gele baksteensoorten, gevat onder pannen zadeldak (nok haaks op straat, Vlaamse pannen), doorbroken met twee dakvensters met puntgevels. De zijpuntgevel aan straatkant is met drie luchtgleuven doorbroken. Langsgevel aan erfzijde met dichtgemetselde poort en rechthoekige staldeuren en –vensters. Noordgevel met recente stalvensters.
Historische informatie van M. Desmedt, februari 2008: Rijksarchief Brugge, Ommelopers Blankenbergse Watering, nr. 92 en 104; Ommelopers Mestdach, nr. 877).
VAN EENOO A., Jabbeke. Histories en legenden, deel III, Jabbeke, s.d., p. 273-286.
Bron: HOOFT E. met medewerking van BOONE B., CALLAERT G., DE BODT V. & SANTY P. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Jabbeke, Deelgemeenten Snellegem, Stalhille, Varsenare en Zerkegem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL35, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Hooft, Elise Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)