"Poytacxhoeve", beeldbepalende hoeve op de grens met Snellegem.
Historiek
Archivalische bronnen laten de hoeve opklimmen tot midden 16de eeuw; wat niet kan bevestigd worden door de kaart van Pourbus (1561-1571), aangezien de Kwetshagewijk daar volledig als moer wordt ingekleurd. Op de kaart van Ferraris (1771-1778) is de hoeve aangeduid als bestaande uit twee parallelle volumes haaks op de straat, gelegen op een langwerpig erf met boomgaard. Op het Primitief Kadasterplan (1834) en op de Atlas der Buurtwegen (1845) wordt volgende situatie geschetst: ten noorden op het erf een langgestrekt volume van woonhuis met geïncorporeerde stallingen en schuur, haaks op de straat, ten zuiden daarvan bergschuur, stal nabij schuur en stal aan straatkant. Een veldwegel verbindt het erf met de Westernieuwweg. In 1880 wordt de bergschuur vervangen door een enkelvoudige dwarsschuur, waarvoor ook het naastgelegen stalletje moet wijken; de stal tegen de straat wordt verlengd. In 1936 wordt de bouw van een hoenderhok aan de oostkant van het erf geregistreerd in het kadaster.
Beschrijving
Hoeve met drie losse bestanddelen rondom een deels verhard erf dat grenst aan de straat. Het beeldbepalend hoofdvolume aan noordzijde van het erf is het haaks op de straat ingeplante boerenhuis dat door de aansluitende stallen en schuur aansluit bij het langgestrekte type. Aan zuidzijde van het erf, enkelvoudige dwarsschuur (nok parallel aan het huis). Ten westen tegen de straat aan is de stal gelegen (nok haaks op huis). Ten oosten van het erf een in 1936 gebouwd hoenderhok (nok parallel aan het huis) en eind-20ste-eeuwse aanbouwen die het oostelijke deel van het hoofdvolume deels aan het zicht onttrekken.
Boerenhuis met aansluitende stallen en schuur, minimaal tot de 18de eeuw opklimmend. Verankerde rode en geelbruine baksteenbouw onder aansluitende pannen zadeldaken (rode en blauwe Vlaamse pannen, golfplaten) met hogere nok, aandaken en muurvlechtingen voor de opkamer; aan erfzijde witgekalkt met gepekte plint.
Boerenhuis van twee opkamertraveeën onder hogere nok + drie traveeën; ten westen aansluitende lage stal onder lessenaarsdak. Noordgevel oorspronkelijk volledige blind met uitzondering van kelderopening met diefijzers; twee recente vensteropeningen in laaghuis. Erfgevel met rechthoekige en licht getoogde muuropeningen, aangepast in tweede helft 20ste eeuw.
Ten westen aansluitende stal van zes + schuur van drie traveeën, gevat onder golfplaten zadeldak. Noordelijke gevel enkel geopend met kleine stalvensters; erfgevel met staldeuren en schuurpoortopening tot onder dakgoot.
Aan de westzijde van het erf, tegen de straat aan, stal met minimaal 18de-eeuwse kern, naar het noorden toe verlengd in 1880. Het oudste gedeelte is een rode baksteenbouw, waar de recentere geelbruine baksteenbouw bij aansluit; gevat onder pannen zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). De straatgevel bevat kleine, recente stalvensters; erfgevel met licht getoogde muuropeningen met strek, twee gedeelde staldeuren. Zuidpuntgevel met muurvlechtingen en dichtgemetseld getoogd zondervenster.
Ten zuiden van het erf, schuur gebouwd in 1880. Gele baksteenbouw onder golfplaten zadeldak (nok parallel aan het huis). Enkelvoudige dwarsschuur met korfboogpoort aan erfzijde en rechthoekige poort in achtergevel: telkens twee luchtgleuven. Oostelijke zijpuntgevel met rondbogige laaddeur.
Aanwijzende fotografische inventaris van de drie rechterlijke kantons Brugge, Antwerpen, 1965, foto nummer B148376 (1953).
FRANCHOO A., Varsenare en zijn rijk verleden, Deel II, Brugge, 1972, p. 28-30.
VERVENNE A., Oude hoeven en hun bewoners. Varsenare, s.d., s.l., p. 95-98.
Bron: HOOFT E. met medewerking van BOONE B., CALLAERT G., DE BODT V. & SANTY P. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Jabbeke, Deelgemeenten Snellegem, Stalhille, Varsenare en Zerkegem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL35, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Hooft, Elise Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)