Kasteel zogenaamd "Reigerlo" ook aangeduid op de militaire kaart met de naam "Regersloo" en "Chateau de madame de Madrid". Volledig omwalde site toegankelijk via een gaaf bewaarde dreefstructuur. Het domein was in oorsprong toegankelijk via een brug over de omwalling aan de west- en de oostzijde. De toegang aan de oostzijde raakte in onbruik door de aanleg van de autosnelweg Oostende -Brussel. In 2006 werd een nieuwe oprit aan de zuidzijde aangelegd.
Het kasteel werd gebouwd in opdracht van de Brugse bankier Felix Dujardin in de jaren 1846-1847. Volgens het kadaster gebouwd circa 1852. In 1860 werd het eigendom van mevrouw Charles de Madrid - d'Hooghe de la Gaugerie. Ze gebruikte het kasteeltje als buitengoed. In 1906 volgt een uitbreiding in noordwestelijke richting.
Sterk symmetrisch opgebouwd gebouw in sobere neogotische stijl. Hoofdgevel van vijf traveeën en twee bouwlagen + entresol. De uiterste rechter- en linkertravee tellen vier bouwlagen en worden bekroond door kantelen. Links en rechts een lagere travee van één bouwlaag. Gele baksteenbouw in combinatie met arduin voor de lateien en de onderling verbonden onderdorpels. Gebruik van rode baksteen voor de entresol en de begane grond. Volgens oude postkaarten was het parement voorzien van een bepleistering. Die bepleistering is tijdens de laatste harde restauratie weggenomen. De gevels zijn opengewerkt met rechthoekige muuropeningen. Vensteropeningen gevat in een rondboognis. Spaarvelden met gekoppelde rondboogfries aanzettend op eenvoudige kraagsteen. Tegen de goot een rondboogfries. Grondig verbouwd interieur.
Park. Toegang tot kasteel vanaf Hulstlo via beukendreef (onverharde weg), via brugje over gracht naar kasteel zelf; dit is het oorspronkelijke toegangstraject waarbij men langs de westelijke toegang opreed en langs de oostelijke toegang het domein verliet, of omgekeerd. In 2006 werd er een nieuwe toegangsweg aangelegd, die vertrekt aan de straat Hulstlo, en recht op het kasteel uitgeeft. Voor het kasteel een kleine rotonde. Aan straat zelf breed uitgewerkte ingang, met houten afrastering, ook rond graslandpercelen.
Een rechthoekige gracht begrenst het park. Hierover liggen twee brugjes, één aan de westelijke en één aan oostelijke toegang. Het brugje aan westelijke toegang is in dezelfde bouwstijl gebouwd als het kasteel. Aan de oostelijke toegang is de brug in verval: één bakstenen pijler is nog aanwezig, samen met een balustrade. Onderbouw van de brug wel nog intact aanwezig. Het kasteel is gebouwd op een lichte verhevenheid ten opzichte van de omgeving. Ten zuidwesten aanwezigheid van een achthoekige ijskelder op bakstenen sokkel, nu in gebruik als vleermuizenkelder. De heuvel is begroeid met rododendrons.
Het bomenbestand bestaat voornamelijk uit beuk, in mindere mate eik, en ook delen met tamme kastanje; achteraan meer naaldbomen. De achterzijde van het park met dichte struiklaag voorzien van een groot aandeel rododendron. Parkontwerp en stijlkenmerken niet duidelijk afleidbaar van kaartdocumenten en huidige situatie, maar vermoedelijk in landschappelijke stijl.
Aanwezigheid van een folly, oorspronkelijk gelegen aan een parkvijver. Breed uitgewerkte betonstructuur met rotsimitatie voorzien van druipsteen. Het interieur is voorzien van zitbanken.
- KADASTERARCHIEF WEST-VLAANDEREN, 207: Mutatieschetsen, Beernem, 1852/46, 1906/13.
- RIJKSARCHIEF BRUGGE, Kaarten en Plannen Watering Blankenberge, nummer 1181.
- RYSERHOVE A., Beernem, een heemkundige studie, Handzame, 1979, p. 100.