Historische hoeve afgebeeld op de Ferrariskaart (1770-1778) als "Goed van den Bogaerde". De hoeve was eigendom van Andreas van den Bogaerde, in 1749 gehuwd met Angela Rotsaert. Andreas van den Bogaerde heeft de ontginning van de omliggende heidegronden krachtdadig ter hand genomen. Vanuit deze hoeve werd in de 2de helft van de 18de eeuw het gebied ten zuiden van de site ontgonnen. Het betrof onontgonnen gebied of "velt" dat deel uitmaakte van het Bulskampveld. Deze plaatselijke ontginning kaderde in een ruimere ontginningsbeweging die op gang kwam in de tweede helft van de 18de eeuw toen in midden-Vlaanderen verscheidene heidegebieden werden aangepakt. Het wapen van de families Van den Bogaerde en de familie Rotsaert de Hertaing staan afgebeeld in de voorgevel van de hoeve. Uit de 18de-eeuwse periode bleef enkel het boerenhuis bewaard. Uit de mutatieschetsen van het kadaster blijkt dat de hoeve in 1847, toen eigendom van Eggermont Norbertus notaris te Gent, grondig werd aangepakt. Het boerenhuis werd vergroot, de haakse vleugel achteraan werd aangezet. De bestaande nutsgebouwen werden afgebroken en vervangen door de huidige schuur en stalvleugel. In 1890 wordt de opdeling van het woonhuis in twee perceelnummers vervangen door één nummer. Het privaat achter de woning wordt gebouwd.
Heden, vrij gaaf bewaarde hoeve met losse bestanddelen U-vormig opgesteld rondom een met gras begroeid erf; resten van bakstenen, in afwisseling met leisteen, stoepen. Ten westen erftoegang gemarkeerd door zeszijdige bakstenen toegangspijlers op dito sokkel onder arduinen dekplaat, waarin spitsbogige Maria-nisjes. Deels gekasseide erfoprit. Ten westen en gedeeltelijk ten zuiden, meidoornhaag. Boomgaard, deels recent heraangeplant ten zuiden. Ten noorden, boerenhuis van tien traveeën en één bouwlaag onder mank zadeldak (mechanische pannen + Vlaamse pannen) met overstekende dakrand en hanggoot; centraal klimmend dakvenster. Verankerde witgekalkte baksteenbouw boven een gepekte plint. Gedateerd 1784 door middel van jaarsteen met wapenschild in cartouche. Licht getoogde muuropeningen; arduinen onderdorpels. Deels behouden houtwerk: schuiframen met kleine roedeverdeling en een geprofileerde dorpel; luiken. Vrij gesloten onderkelderde achtergevel. Getraliede rechthoekige kelderopeningen.
Interieur. Kelder met tongewelf. Behouden balkenlaag bestaande uit moer- en kinderbalken. Imposant schouwmassief met geprofileerde schouwbalk en schouwwang als console opgevat. Rechts van de schouw ingemaakte kastjes met behouwen deurtjes, hang- en sluitwerk. Kamer met behouden bepleisterd plafond met eenvoudig siermotief. Ingemaakte kastjes. Behouden dakconstructie.
Ten westen, stalvleugel onder kort overstekend zadeldak (Vlaamse pannen), daterend van circa 1862 zie mutatieschetsen kadaster. Verankerde rode baksteenbouw boven een gepekte plint. Getoogde muuropeningen onder meer aangepaste, bakstenen onderdorpels. Binnenin overkluisd door middel van troggewelven. Ten oosten, schuur met tweeledig wagenhuis links onder kort overstekend zadeldak (Vlaamse pannen), daterend van circa 1862 zie mutatieschetsen kadaster. Verankerde rode baksteenbouw boven een gepekte plint, deels witgekalkt. Getoogde poorten. Aanbouwen onder lessenaarsdak tegen zij- en achtergevel. Nutsgebouwen ten noorden.
- ARCHIEF RUIMTELIJKE ORDENING WEST-VLAANDEREN ONROEREND ERFGOED, DW 2260.
- KADASTERARCHIEF BRUGGE, Primitief kadasterplan, 207: Mutatieschetsen, 1862/87, 1863/15, 1890/46, 1911/28bis.
- RYSERHOVE A., Vierhonderd plaatsnamen te Beernem. Vijfde reeks, in Bos en Beverveld, jaarboek 1972, p. 83.
- VERHULST A., Landschap en landbouw in Middeleeuws Vlaanderen, Gent, 1995.