Voormalige stoommaalderij en -zagerij, volgens kadaster in 1908 gebouwd in de "Goeterluchthoek" in opdracht van de Meulebeekse timmerman Frans Fraeye-Devriese.

De maalderij wordt opgericht aan de overzijde van het erf waar voorheen de "Veldmolen" staat, een houten korenwindmolen die eertijds in het bezit van de heerlijkheid Bosterhout is, heropgericht wordt na brandstichting tijdens de eind-16de-eeuwse godsdiensttroebelen, doch in 1858 opnieuw en definitief vernield wordt door brand.

In 1910 wordt de maalderij eigendom van de door François Devriese opgerichte "Maatschappij De Vereenigde Landbouwers". In 1928 wordt de maalderij toegewezen aan de Meulebeekse handelaar Hector Quequin. In 1929 gebeurt een grenswijziging met het perceel ten noorden ervan en wellicht enkele aanpassingen, zie de gedateerde hekpijlers. Vanaf 1935 is de maalderij in eigendom van de kinderen Jozef en Robert Quequin. In 1937 wordt met positief gevolg een verzoek ingediend om de maalderij uit te rusten met twee elektromotoren. In 1956 registreert het kadaster dat molenaar Jozef Quequin een nieuw woonhuis laat bouwen aan de westzijde van de maalderij.

Toegang tot deels gekasseid en omhaagd erf via fraai geschilderde bakstenen hekpijlers met getrapte bekroning en bol; op elke pijler geschilderde datering "1929" en "B.V.O." en beglaasde mijternissen, waarin beelden van Sint-Antonius met Kind (rechts) en Onze-Lieve-Vrouw met Kind (links). Voormalige maalderij en -zagerij, verankerde baksteenbouw onder zadeldak (nok loodrecht op straat; Vlaamse pannen) met getoogde openingen onder strek. Groengeschilderd houtwerk; T-ramen onder meer met kleine roedeverdeling in bovenlicht; glas-in-loodraam onder latei; houten poorten onder meer met verticale roedeverdeling in bovenlicht; laaddeur onder overkragend pannen zadeldakje. Bewaarde maalderij-inrichting, onder meer maalstenen, haverpletter, zakkenophaler en machines.

Aan de westzijde van de maalderij, recenter aangebouwd éénlagig woonhuis met roodbakstenen parement en natuurstenen plint onder pannen zadeldak. Ten noorden, bakstenen bijgebouw met onder meer schuifpoort.