Huizenrij van voormalige weverswoningen, gebouwd in de jaren 1866-1868 door de Meulebeekse fabrikant Désiré Carette samen met zijn schoonvader Dobbels.
De huizenrij, in de volksmond ook gekend als "De Piete", wordt op de plaats van een hoeve in drie opeenvolgende fasen gebouwd, met name in 1866 de eerste tien woningen aan de westzijde, het jaar erop de drie ernaast en in 1868 nog zeven aan de oostzijde. Alle huizen worden voorzien van een weefkamer met handgetouw. In 1884 schenkt de weduwe van Carrette de huizen aan de Meulebeekse handelaar Quintijn Boone.
Later benut als woningen voor de stukwerkers van de textielfabriek "La Meulebekoise", een door Leon Boone in 1905 opgerichte mechanische weverij gelegen aan de zuidzijde van de straat op een terrein dat doorloopt tot aan de toenmalige spoorlijn Tielt - Ingelmunster. In 1908 wordt de Brusselse Maatschappij "NV Société Belge de Tissage de Renaix" opgericht, die na aankoop van de weverij in 1921, de huisjes in 1936 verkoopt aan Frans Reyntjens, ingenieur uit Zwevegem, en de stoomweverij in 1937 aan de "N.V. Etablissements Ferdinand Leborgne". De textielfabriek wordt afgebroken in het laatste kwart van de 20ste eeuw. Eenheidsbebouwing van aaneengesloten dubbelhuizen van drie traveeën - met uitzondering van nummer 19 - en twee bouwlagen onder zadeldaken (nok evenwijdig met straat; mechanische pannen). Verankerde, al dan niet geschilderde bakstenen lijstgevels op gecementeerde plint, veelal voorzien van imitatiebreuksteen; nummer 18 met volledig gecementeerd parement. Doorlopende bakstenen banden bij nummers 1, 2, 3, 8, 9, 10 en 17. Natuurstenen onderdorpels. Rechthoekige muuropeningen veelal in vlak gepleisterde omlijstingen; nummer 8 met keperboogvormige bovenlijsten; nummer 18 met decoratieve sluitstenen. Nummers 9, 17, 18 en 19 met rondboogvormige bovenvensters onder dito druiplijst. Nummer 4 met gewijzigde muuropeningen; nummer 9 met inbreng van nieuwe garagepoort. Grotendeels vernieuwd schrijnwerk; bewaard houtwerk (schuif- en T-ramen) bij onder meer 2, 8, 18 en 19. Nummers 2, 6, 8, 9 met geblokte of pilastervormige (nummer 9) zwart- of roodbakstenen deuromlijsting, bij nummer 8 onder gebogen lijst op gestrekte uiteinden met licht uitkragende schouderstukken. Deuren van nummers 2, 10, 17 en 18 onder rechte luifel met rechthoekig of rondbogig (nummers 18, 19) bovenlicht; afgeronde dagkanten bij nummers 10 en 19.
Nummer 19, opmerkelijk groter en fraaier uitgewerkt huis, vermoedelijk voormalige herberg zie gevelbreed blind paneel, waarin voorheen herbergnaam. Half vrijstaand dubbelhuis van vijf traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (nok loodrecht op straat; Vlaamse pannen). Bakstenen puntgevel met hoge gecementeerde plint. Sierankers. Decoratief aangewend metselwerk, zie onder meer brede tandfries, geprofileerde druiplijsten en bovenlijsten van pilastervormige muurdammen. Rondboogvensters waarin geschilderde houten T-ramen; benedenvensters met luiken voorzien van duimen en figuratieve klemmen. Natuurstenen onderdorpels. Nieuwe deur tussen afgeronde roodbakstenen dagkanten onder rechte luifel, waarboven rondbogig bovenlicht onder dito druiplijst; sporen van geschilderd oud huisnummer. Eénlagige bakstenen achterbouw onder plat dak en recentere bijgebouwen.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207 : Mutatieschetsen, Meulebeke, Afdeling 2, 1866/13, 1867/7, 1868/4, 1936/16.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 212 : Kadastrale legger, Meulebeke, Afdeling 2, artikels 1243, 2424, 4009.