Laatclassicistisch herenhuis met tuin, minimaal opklimmend tot de eerste helft van de 19de eeuw, zie weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1830) met de Meulebeekse brouwer Joannes Iserbyt als toenmalige eigenaar. Gelegen in de zuidoostelijke hoek van de L-vormige doorgang van de Kerkstraat naar de Regentiestraat, tegen de zuidzijgevel van het pand Regentiestraat nummer 9.

Historiek

Het perceel waarop het herenhuis wordt opgetrokken maakt eertijds deel uit van het grote perceel waar zich het middeleeuwse schepenhuis annex herberg "De Roosemaryn" bevindt aan de huidige Regentiestraat, zoals weergegeven op een kaart bij het landboek van 1654-1656 (zie Regentiestraat nummer 9).

Op een kaart uit het leenboek van het leenhof Bosterhout van 1785 wordt op het perceel waarop het herenhuis gelegen is, een vrijstaand bijgebouw met aanpalende grote tuinen aan zuid- en oostzijde weergegeven. Vermoedelijk wordt het herenhuis eind 18de - begin 19de eeuw gebouwd tegen de zuidgevel van herberg "De Roosemaryn", waarbij een deel van het grote perceel wordt afgesplitst voor de tuin met achterliggend bijgebouw aan de oostzijde, zoals weergegeven op het primitief kadasterplan.

Het pand wordt in 1848 verkocht aan Joseph Goethals, olieslager uit Meulebeke, die tevens onder meer een brouwerij in de Hoogstraat en de oliemolen op de hoek van de Tieltstraat en de Schutterijstraat bezit. Zijn kinderen Ivo, Amelie, Virginie en Rosalie, allen olieslagers, erven het huis in 1858 (zie onder meer Aststraat nummer 4, Heirentstraat nummer 6 en Marialoopsteenweg nummers 62 en 72).

In 1902 komt het pand door erfenis in handen van brouwer Emile Goethals, burgemeester van Meulebeke van 1888 tot 1920 en tevens provincieraadslid en volksvertegenwoordiger (1912-1919), naar wie de in 1900 aangelegde en ingehuldigde Goethalsplaats genoemd is.
In 1976 registreert het kadaster enkele wijzigingen, onder meer afbraak van een kleine aanbouw aan de zuidzijde van het huis, bouw van een veranda aan de achtergevel en afbraak van het bijgebouwtje, laatst genoemde naar verluidt eertijds gebruikt als "gevangenis" bij het oude gemeentehuis. Tevens wordt de tuin vergroot met inname van een andere tuin aan de zuidoostzijde.

Beschrijving

Dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (zwarte en rode Vlaamse pannen). Nieuw gecementeerde lijstgevel afgelijnd door geprofileerde, witgeschilderde houten kroonlijst op consoles en voorzien van tandlijst. Natuurstenen onderdorpels. Rechthoekige muuropeningen (schuif- en T-ramen); bovenvensters voorzien van nieuwe halve luikjes. Paneeldeur met waaiervormig ingedeeld bovenlicht. Natuurstenen trap (twee treden). Voorliggend gekasseid stoepje. Verankerde en gecementeerde achtergevel met overbouwd terras.

Bewaarde dubbelhuisplattegrond met centrale gang doorlopende tot achtergevel met belendende vertrekken. Enkele bewaarde oorspronkelijke interieurelementen zijn onder meer de zwart-witte marmeren tegelvloer in de gang, marmeren schouwen met voluutwangen in de salons, de houten bordestrap en de binnendeuren; in de loop der tijd gebeuren aanpassingen in aansluitende stijl, onder meer aanbrengen van lambriseringen, wandbekleding, lijstwerk en beschildering. Kelder met witgekalkt tongewelf.

Heraangelegde grote tuin, deels met hoge bakstenen ommuring; bakstenen pijlerkapelletje met mijternis en nieuw opgerichte duiventil.