Laat-classicistisch herenhuis, volgens kadaster aangepast en voorzien van annex in 1912. Op het perceel waar het hoekpand wordt opgericht, wordt op een kaart bij het landboek van 1654-1656 de "capelrij van Sint-Amand" afgebeeld.

Het in de loop van de 18de eeuw opgerichte breedhuis wordt weergegeven op een kaartdeel uit het leenboek van het leenhof Bosterhout van 1785 en op het primitief kadasterplan (circa 1830); laatstgenoemde vermeldt als toenmalige eigenaar de Meulebeekse geneesheer Charles Tytgat. Na erfenis en verdeling wordt het pand in 1898 met een achterliggende aanbouw vergroot.

In 1911 verkoopt Agnes Marcq uit Brussel het huis aan Helena Roelandts uit Meulebeke, die een jaar later het huis gedeeltelijk aanpast en aan de zijde van de Kerkstraat een annex laat oprichten. In 1925 komt het huis in eigendom van de Meulebeekse textielfabrikant Alexander Verbrugghe.
Door oorlogsschade na de Tweede Wereldoorlog kent het pand enkele herstellingswerken. In de jaren 1990 wordt de annex aan de Kerkstraat vernieuwd.

Dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder vernieuwd zadeldak (nok evenwijdig met plein; zwartgeglazuurde mechanische pannen). Nieuwe gootlijst. Gecementeerde en geschilderde lijstgevel met rijkelijke geveldecoratie van onder meer sieromlijstingen, guirlandes in borstweringen van tweede bouwlaag en schijnvoegwerk. Natuurstenen sokkelvormende plint en doorlopende onderdorpels. Driezijdige bovenerker op schelpvormige console. Rechthoekige muuropeningen; schuiframen op begane grond met medaillonvormige en uitwaaierende roedeverdeling. Bovenvensters met nieuw schrijnwerk. Beglaasde deur met fraai gestileerd ijzeren hekwerk. Natuurstenen trede. Gecementeerde en verankerde zij- en achtergevel; getraliede kelderopening in zijgevel.

Langs de Kerkstraat, éénlagige annex onder schilddak (zwartgeglazuurde mechanische pannen), recent vernieuwd met onder meer dakvenster en geïncorporeerde autobergplaats. Beglaasde segmentboogdeur met ijzeren hekwerk waarin de initialen "V D" (Verbrugghe - Dubaere) verwerkt zijn. Getralied keldervenster. Natuurstenen trap (twee treden).

Typerende dubbelhuisplattegrond met centrale gang waarop de vertrekken uitkomen. Het interieur kent enkele aanpassingen uit de tweede helft van de 20ste eeuw, onder meer tochtsas, verdeling tussen de ineenlopende vertrekken en plankenvloeren. Houten bordestrap met zwartmarmeren afgeronde aanzettrede, gesculpteerde ingesnoerde trappaal en dito balusters. Marmeren schouwen in de leefvertrekken; voormalige wintertuin met decoratieve tegelvloer en zenitaal licht met geometrische glas-in-loodinvulling; kelder met witgekalkt tongewelf; dakgebinte met pen- en gatverbinding.