Woonhuis minimaal opklimmende tot de eerste helft van de 19de eeuw, weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1830). Net als nummer 117 eigendom van Ignatius Tijtgat, die aan de zuidzijde van de straat de "derde Paandermolen" opricht, een stenen graan- en oliewindmolen die in 1870 afgebroken wordt. In 1863 registreert het kadaster de uitbreiding van het woonhuis en de bouw van een bijgebouw langs de Landegemstraat.

Eénlagig woonhuis van acht traveeën onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; zwarte mechanische pannen). Verankerd, roodbakstenen parement met gecementeerde en geschilderde plint, witgeschilderd voegwerk en muuropeningen (onder meer schuiframen) onder geschilderde betonnen latei; rechtertravee met later geïncoporeerde autobergplaats. Afgeschuinde hoektravee met geschilderde siercementering en lege rondboognis. Westzijgevel met (onder meer gedichte) rondboogvensters; oostzijgevel met getoogde openingen onder strek; witgeschilderde erfgevel. Achterliggend erf met losse verharding en verankerde bakstenen schuur, onder zadeldak (Vlaamse pannen) met gedichte korfboogpoort.