Hoeve met losse bestanddelen rond een begraasd erf. Voor de eerste maal afgebeeld in het Renteboek van de heerlijkheid Sint-Pieters-Schalklede uit 1686 en beschreven als "behuysde hofstede ende drij stucxkens lants groot ontrent vijf gemeten", eigendom van Christaen Lootens en zijn kinderen.
Staat aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778). Op het primitief kadaster (circa 1830) getekend met het woonhuis ten noorden van het erf, er tegenover een schuur en ten westen van het huis een ovenhuis (zomerkeuken). Circa 1928 wordt dit laatste vergroot in oostelijke richting en dan eventueel omgebouwd tot varkenstal. Circa 1944 uitbreiding van de schuur en uitbreiding van het erf tot aan de straat. Circa 1970 toevoegen van de oostelijke aanbouw aan het woonhuis.
Het erf is toegankelijk via smeedijzeren hekken. Gebouwen in rode, verankerde baksteen onder pannen zadeldaken, eventueel teruggaand tot de 18de eeuw. Witbeschilderde boerenwoning boven gepekte plint en met gecementeerde linkerzijgevel. Getoogde muuropeningen met gedeeltelijk bewaard schrijnwerk. Beluikte vensters met grote roedeverdeling. Opkamertravee aan de achterzijde. De dakrand rust op brede, houten klossen. Stoep in cementtegels. Grote schuur en stalling met recentere aan- en verbouwingen.
Leegstaande en verwaarloosde toestand. (Opgenomen tijdens veldwerk, maar afgebroken in juni 2008).
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Ruiselede, 1928/55, 1944/23, 1974/93.
- Rijksarchief Gent, Fonds Sint-Pieters 1, nummer 256.
- DEGUFFROY G., De zestien honderdjarigen van Ruiselede, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 17, nummer 1, 2000, p. 37-38.