Samenstel van vier diephuizen, gekoppeld per twee en volgens kadastergegevens opgetrokken tussen 1933 en 1938 op gronden van het Ruiseleedse "Bureel van Weldadigheid", tevens bouwheer van nummer 22, de andere huizen zijn in opdracht van particulieren gebouwd.

Enkelhuizen van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldaken (mechanische pannen), nummers 16, 18 en 20 met wolfseind. Rode of bruine baksteenbouw met accenten in contrasterende baksteen Verschillende gevelafwerkingen. Nummer 16 (circa 1933) heeft in de linkertravee een recent aangebrachte garagepoort, rechthoekige muuropeningen, gekoppeld op de verdieping, met I-balken met roosjes. Bewaard schrijnwerk, bovenlicht van het benedenvenster met gehamerd glas en geometrische versiering in glas in lood.

Nummers 18-20 dateren van circa 1936, nummer 22 (circa 1938) met grijze bepleistering, donkere doorlopende lateien en vlakke vensteromlijstingen.