Teksten van Romp van de Ter Vlaagtmolen

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/90598

Romp van de Ter Vlaagtmolen ()

Deze stenen bergmolen, ook wel Branders Molen genoemd naar de laatste molenaar, verving in 1867 een staakmolen op molenberg. De romp is bewaard en ligt in een open landelijke omgeving. De molenaarswoning bevond zich vroeger aan de overzijde van de weg.

Historiek

De eerste vermelding van de molensite gaat terug tot 1457: "den thieltwech die comt van den vlaechtmeulen". De molen behoorde als dwangmolen toe aan de heerlijkheid "Ter Vlaagt", waarnaar de hoeve Groot Goed Ter Vlaagt nog verwijst. De Kortrijkse landmeter P.J. Lemaieur beeldde de molen in 1774 af als een staakmolen, evenals de Ferrariskaart (1771-1778). Rond 1867 werd de houten molen vervangen door de een bakstenen bergmolen, waarvan de romp bewaard is. Deze stenen molen werd ingeplant op de molenberg van de afgebroken staakmolen. Het binnenwerk van de houten molen werd hierbij hergebruikt. Bij een storm in 1940 braken de roeden af, waarna er met een dieselmotor verder werd gemaald. In 1941 werd de molenkap onttakeld en kocht de molenaar van de Knokmolen in Ruiselede het vangwiel en het kamwiel aan. In 1942 richtte de Duitse bezetter de molen in als uitkijkpost met ontvangst- en zendinstallatie Bij hun terugtrekking op 2 september 1944 vernielden Duitse troepen de binneninrichting van de molen.

Beschrijving

De romp is ingeplant op een molenberg, omgeven door een weide en akkerland. In de steile rand van de molenberg zijn waarschijnlijk nog twee molenstenen bewaard. De conische molenromp met benedenverdieping, eerste zolder, tweede zolder en vroeger kapzolder is opgebouwd uit donkerrode baksteen (formaat 22,5-24 x 10-11 x 5 cm). Bovenaan is ze afgeboord door een borstwering met stellinggaten. De rondbogige muuropeningen met omlopende waterlijst in fijnere baksteen zijn geschrankt geplaatst. Boven de ingangspoort steekt een kleine rondbogige beeldnis.

  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plans, nummer 1585.
  • BRAET A. 1984: De familie Braet: daar bij de molens…, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 1, 27-34.
  • BRAET A. 2001: Ruiselede in moeilijke tijden (1550-1600). Sociaal-economische schets, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 18.3,
  • BRAET M. 2001: Petrus Judocus De Muynck en zijn nageslacht, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 18.2, 95.
  • DEGUFFROY G. 1997: Ruiseleeds Molenrepertorium, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 14.2, 91-93.
  • DEGUFFROY G. & DEPREDOMME J. 1993: Ruiseleedse plaatsnamen, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 10.4, 170.
  • DEVLIEGHER L. 1984: De Molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt-Weesp, 356-357.

Auteurs:  Vanneste, Pol; Van Vlaenderen, Patricia; Vranckx, Martien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Vanneste P. & Van Vlaenderen P. & Vranckx M. 2020: Romp van de Ter Vlaagtmolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/360083 (geraadpleegd op ).


Vlaagtmolen ()

"Vlaagtmolen", ook wel "Branders Molen" genoemd, op een molenberg gelegen.

De eerste vermelding van deze molen zou teruggaan tot 1457. Hij behoort als dwangmolen toe aan de heerlijkheid Ter Vlaagt (zie Abeelstraat nummer 37), eigendom van de Ridders van Malta. De Kortrijkse landmeter P.J. Lemaieur beeldt de molen in 1774 op een kaart af als houten teerlingmolen. Circa 1868 wordt deze staakmolen vervangen door de huidige bakstenen bergmolen. Het binnenwerk van de houten molen wordt hergebruikt in de bakstenen molen. Bij een storm in 1940 verliest de molen zijn kap. Er wordt met een dieselmotor verder gemaald. In 1941 worden het vangwiel en kamwiel aangekocht voor de Knokmolen (zie Knokstraat nummer 10). Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt er door de Duitse bezetter een uitkijkpost en soldatenwoonst ingericht. Bij hun terugtrekking vernielen Duitse troepen het interieur van de molen.

Bruinbakstenen, conische molenromp van bovenkruier met benedenverdieping, eerste zolder, tweede zolder en kapzolder. Rondboogvormige muuropeningen met omlopende fijne waterlijst. Kleine rondboogvormige beeldnis boven de ingang.

  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plans, nummer 1585.
  • BRAET A. 1984: De familie Braet: daar bij de molens…, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 1, 27-34.
  • BRAET A. 2001: Ruiselede in moeilijke tijden (1550-1600). Sociaal-economische schets, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 18.3, 124.
  • BRAET M. 2001: Petrus Judocus De Muynck en zijn nageslacht, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 18.2, 95.
  • DEGUFFROY G. 1997: Ruiseleeds Molenrepertorium, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 14.2, 91-93.
  • DEGUFFROY G., DEPREDOMME J. 1993: Ruiseleedse plaatsnamen, Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede 10.4, 170.
  • DEVLIEGHER L. 1984: De molens van West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt, 356-357.

Bron: VAN VLAENDEREN P. & VRANCKX M. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ruiselede, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL39, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Van Vlaenderen, Patricia; Vranckx, Martien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Van Vlaenderen P. & Vranckx M. 2008: Romp van de Ter Vlaagtmolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/90598 (geraadpleegd op ).