Achterin gelegen hoeve met losse bestanddelen, met nagenoeg dezelfde configuratie weergegeven op de Ferrariskaart (1770-1778). Staat afgebeeld op de figuratieve kaart van 1774 opgemaakt door landmeter Philip-Jan Lemaieur in opdracht van de kasselrij van Kortrijk. Toegankelijk via een grintweg, naast de gietijzeren toegangshekken staat een knotlinde. Circa 1919 wordt tegen de achtergevel van het woonhuis een lager dwarsvolume gebouwd. Het woonhuis, ten noorden van het begraasde erf, klimt zeker op tot de 18de eeuw.

Rode, verankerde baksteenbouw onder zadeldak (mechanische pannen). Gevel aan erfzijde met lage korfboogdeur en recentere rechthoekige, beluikte vensteropeningen onder houten latei. Deur met bewaard hang- en sluitwerk. Zijgevels met rechthoekige muuropening in de topgevel. Gedeeltelijk witbeschilderde achtergevel, links van de dwarsvleugel met stallingen onder lager dak en rechts met rechthoekig venster onder houten latei. Lagere dwarsvleugel tegen de achtergevel onder zadeldak (mechanische pannen) en met rechthoekige vensters. Recente aanbouw tegen de oostgevel.
Interieur met in de woonkamer een brede schouw met houten schouwbalk.

Stal ten zuiden van het erf met recente aanpassingen en uitbreidingen. Ten westen van het huis staat een notelaar.