Gebouwencomplex ingeplant langs een bocht van de straat. Aan straatzijde lijnen de met klimop begroeide dienstgebouwen de stompe straathoek af.

Achterin, neoclassicistisch herenhuis van het dubbelhuistype met twee bouwlagen en vijf traveeën onder schilddak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen) en gecementeerde gevels. Voorgevel met middenrisaliet van drie traveeën en met horizontaliserende opbouw, namelijk schijnvoegen op de benedenverdieping, gekorniste pui- en kroonlijst en uiteindelijk daklijst op klossen; het evenwicht wordt hersteld door de smalle hoge rechthoekige vensters, op benedenverdieping met duimen en arduinen lekdrempels en op bovenverdieping met ijzeren versiering op de borstwering, licht geprofileerde omlijsting en druiplijst of fronton (in middenrisaliet) op consoles. Rechthoekige beglaasde vleugeldeur. Linker zijgevel van drie traveeën met rechthoekige muuropeningen.

Aanleunend, voorheen geelgeschilderd dienstgebouw van respectievelijk zeven traveeën en één bouwlaag onder zadeldak, en vijf traveeën en twee bouwlagen onder afgesnuit zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). Voorgevel: beluikte vensters met arduinen lekdrempels, rondboogvormig met mooie tracering in éénlaags gedeelte, rechthoekige beneden- en rond boogvormige bovenvensters in tweelaags gedeelte. Beluikte en beglaasde vleugeldeur; rechthoekig deurtje tussen eenvoudige pilasters in rechter travee en rechthoekige inrijpoort onder houten latei in linker travee.