erfgoedobject

Dry Ceuninghenhoeve

bouwkundig element
ID
91005
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/91005

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Dry Ceuninghenhoeve
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Dry Ceuninghenhoeve
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

"DRY CEUNINGHENHOEVE" zie houten naambord, gelegen in de vallei van de Grijsperrebeek, groene omgeving met meidoorn- en hulsthagen en populieren. De benaming van de hoeve en het leengoed komt reeds voor in 1628. Het is dan leen nummer 85 afhankelijk van de heerlijkheid Wijnendale. Het "Rekwest van 1818" (zie dorpsinleiding) vermeldt dat de hoeve "eertijds de vermaarde herberg De Dry Koningen" was. Op een kaart van circa 1760 (zie afbeelding) is de hoeve afgebeeld met schuur, huis en stalling U-vormig rondom het erf gegroepeerd, en enkele kleinere nutsgebouwen. Ten zuiden van de hoeve is er een groot "Bogaer(d)stuck". Er is ook een westelijke erfoprit, vermoedelijk naar de Leenbosstraat.
De hoeve is als dusdanig aangeduid op het primitief kadasterplan (circa 1828) als "de drie koningen". Eigenaar is dan Capeians (Gent). De stalling is verdwenen, waardoor de hoeve nu een L-vormige opstelling heeft. Ze is nog steeds omgeven door een boomgaard. Zelfde weergave op de Atlas der Buurtwegen (circa 1844). Bij de mutatie van 1888 (eigenaar is Pycke-Detenderden uit Gent) wordt het huis vergroot met een nog bewaard vrijstaand bakhuis. Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt de hoeve vernietigd. Enkel het bakhuis van 1888 en bepaalde muren van het oude huis zijn bewaard. In de jaren 1920 wordt de hoeve heropgebouwd.

Erftoegang via ijzeren hek tussen bakstenen hekpijlers, gekasseide erfoprit. Een smaller hek leidt naar de voordeur. Restant van boomgaard met onder meer notelaar. Poel ten noordwesten van het erf (reeds aangeduid op het primitief kadasterplan, circa 1828). Bakstenen, verankerde wederopbouwvolumes onder zadeldaken (mechanische pannen), L-vormig rondom het erf gegroepeerd.

Ten oosten van het erf, boerenhuis van vier traveeën en anderhalve bouwlaag onder overkragend zadeldak afgewerkt met geprofileerde windborden. Rechts aansluitend, lagere aanbouw van twee traveeën. In de linker en rechter gevel, sporen van het vooroorlogse 18de- of vroeg 19de-eeuwse boerenhuis (één bouwlaag): rode baksteen met gebruik van gele steen voor vlechtingen en muurkettingen. De erfgevel en de naar de straat gerichte gevel zijn na de Tweede Wereldoorlog roodgekaleid boven gepekte plint. Getoogde muuropeningen; witgeschilderd houtwerk met gelede roedeverdeling en gekleurd glas in de bovenlichten, luiken. Tevens houtwerk met grote roedeverdeling. Boven de voordeur (straatzijde) drie terracottahoofdjes ingemetseld, voorstellend de 'drie koningen' (recent).

In het interieur zijn 17de- of 18de-eeuwse balken uit het verwoeste huisvolume bewaard. Tevens bepleisterde balken. Bewaard oud binnenschrijnwerk.
Ten zuiden van het huis, bakhuisje van circa 1888. Rode baksteenbouw onder zadeldak (rode Vlaamse pannen). Getoogde muuropeningen, venster met grote roedeverdeling. Recente aanbouw van garage.

Ten zuiden van het erf, langgestrekt dwarsschuurvolume met geïncorporeerde paardenstal, stalling, twee wagenhuistraveeën en schuurgedeelte. Ruime dakoverstek op 'hondjes', deels bewaarde stoep van bakstenen op hun kant. Getoogde muuropenignen onder strek en kopse laag van gesmoorde zwarte baksteen. Bewaard roodbeschilderd houtwerk van (stal)deuren, schuifpoorten en de opengewerkte poorten van het wagenhuis. Binnenin is links van het wagenhuisgedeelte een oude binnenmuur bewaard: rode baksteen, omlijsting van luik in andere kleur. Bewaarde samengestelde kapconstructie bestaande uit schaar- en nokgebinten.

Op het erf, op korte afstand van de schuur, overdekte mestvaalt uit de wederopbouwperiode: rechthoekig volume onder schilddak (mechanische pannen). Halfopen zijde naar de schuur/ stalling. Bewaarde kapconstructie.

Ten westen van het erf, open opslagloods onder pannen zadeldak, naar verluidt van circa 1931, bewaarde kapconstructie op houten palen.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Kortemark, 1888/51.
  • Rijksarchief Brugge, Kaarten en Plannen, nr. 918: Perceelsgewijze kaart met een boerderij en landerijen, in het gehucht Helle genaamd, te Kortemark, in het bezit van Jonker Charles Constantin Van der Straten, 1760.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel III, Brugge, 1923, kolom 565.
  • STEVENS M., Archiefbeelden Kortemark, Brussel, 2000, p. 35.
  • VAN ACKER L., Kortemark in een notendop, 1818, in Biekorf, jg. 101, nr. 2, 2001, p. 121.
  • VERHAEGHE M., Uit het verleden van Kortemark, Brugge, 1953, p. 196.
  • VOGELS O., Kortemark op Krekebeke. Dorp en streke door de eeuwen heen, Zedelgem, 1990, s.p. (iconografie).
  • WERBROUCK M., De Krekevallei, een belangrijk onderdeel van het Land van Wijnendale binnen het Brugse Vrije, in Jaarboek van de heemkundige kring "Crekel Beke", Kortemark, 1994, p. 36-37.

Bron: BAERT S. & VANNESTE P. in samenwerking met CREYF S., DEVOOGHT K., GHERARDTS F. & MOEYKENS S. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortemark, Deel I: Deelgemeenten Kortemark en Handzame, Deel II: Deelgemeenten Werken en Zarren, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL40, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol; Baert, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Dry Ceuninghenhoeve [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/91005 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.