Halfvrijstaande tweewoonst. Oorspronkelijk opgetrokken als één woning volgens kadastergegevens circa 1866. Volgens hetzelfde kadasteronderzoek wordt een klein aangebouwd volume in 1901 afgesplitst en verbouwd tot apart woonhuis (zie nummer 11) en wordt de woning in 1927 opgedeeld in een tweewoonst.

Breedhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (rode mechanische pannen). Nummer 13 heeft een vernieuwd parement, aangepaste muuropeningen en een omkaste kroonlijst. Behoud van segmentbogige koetsdoorrit, poort, trekbel in porselein en langs weerszijden gietijzeren voetenschraper. Vernieuwd schrijnwerk. Nummer 15 behoudt zijn oorspronkelijke gevelopstand (behalve deuropening die oorspronkelijk venster was). Behouden houten kroonlijst op modillons. Verankerde baksteenbouw met gebruik van gele baksteen voor belijnende band te hoogte van eerste verdieping (zie nummer 11) en gebruik van blauwe hardsteen voor plint, druiplijst en onderdorpels. Licht getoogde muuropeningen onder strek van rode terracottategels, waarin vernieuwde deur, ramen en luiken.
Rechts, aangebouwde garage onder lessenaarsdak.