19de-eeuwse boerenarbeiderswoning, oorspronkelijk deel uitmakend van een tweewoonst. Deze tweewoonst is als dusdanig reeds aangeduid op het primitief kadasterplan (circa 1829) en op de Atlas der Buurtwegen (circa 1844) (zie illustratie). Eigenares is dan een Handzaamse rentenierster. In 1868 wordt er een schuurtje bijgebouwd door de werkman die dan eigenaar is. Rond het midden van de 20ste eeuw wordt het huis aan de achterzijde vergroot. Witgekalkte baksteenbouw boven grijs beschilderde plint, onder zadeldak (golfplaten). Rechts bewaard getoogd venster met luikduimen, bewaard venster met kruisindeling.

Voorts klein bakstenen stalletje onder zadeldak (rode mechanische pannen), uit het einde van de 19de eeuw of het begin van de 20ste eeuw. Getoogde muuropeningen, (nieuw) poortje onder houten latei.