Halfvrijstaand woonhuis met achterliggend nutsgebouw en verharde oprit rechts van de woning. Volgens kadastergegevens zijn beide opgetrokken in 1881 na afbraak van een oudere woning. Op een foto van circa 1910 is de gevel afgebeeld met beluikte segmentbogige vensteropeningen op de begane grond en rolluikkasten op de eerste verdieping.
Breedhuis met dubbelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (grijze Vlaamse pannen), aflijnende houten kroonlijst op klossen met daaronder een houten segmentboogfries. Verankerde donkerrode baksteenbouw met gebruik van blauwe hardsteen voor plint, trap en doorgetrokken onderdorpels. Siermetselwerk in gevelvlak tussen beide verdiepingen. Rechthoekige vensteropeningen onder betonnen latei en segmentbogige deuropening op gelijkvloerse verdieping. Op verdieping, segmentbogige vensteropeningen binnen een vlakke bakstenen omlijsting. In rechter zijgevel, drie gedichte rondboogvensters en één rechthoekig venster onder betonnen latei. Vernieuwd schrijnwerk met T-indeling. Gietijzeren voetenschraper.
LOWIE M., Waar grootvader zijn pintjes dronk (deel II), in Jaarboek van de heemkundige kring "Crekel Beke", Kortemark, 1998, p. 219 (foto).
Bron: BAERT S. & VANNESTE P. in samenwerking met CREYF S., DEVOOGHT K., GHERARDTS F. & MOEYKENS S. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortemark, Deel I: Deelgemeenten Kortemark en Handzame, Deel II: Deelgemeenten Werken en Zarren, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL40, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol; Baert, Sofie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)