Historische hoeve "Kronevoorde". Dieperliggende hoeve bestaande uit boerenhuis, schuur met geïncorporeerd wagenhuis, stal en een vijftal overige nutsgebouwen rond een deels gekasseid en deels onverhard erf toegankelijk via een lange, onverharde oprit afgesloten door smeedijzeren hek tussen twee vierkante, blauwhardstenen pijlers. Het huidig gebouwenbestand dateert hoofdzakelijk uit de wederopbouwperiode van de jaren 1920 (zie mutatie "voor 1932", doch sommige gebouwen hebben een 19de-eeuwse kern of zijn gebouwd met gerecupereerde gele baksteen), maar de site is zeker sinds de 17de eeuw bebouwd. Op een 17de-eeuwse kaart is ze aangeduid als "Croone voorde" en is ze afgebeeld met een typische opper- en neerhofstructuur: een imposant kasteel met toren gevat in een vierkante omwalling en een hoeve met twee losse, haakse bestanddelen binnen een rechthoekige omwalling met twee openingen. Geheel toegankelijk via een dreef aan de zuid- en noordzijde. Op de Ferrariskaart (1770-1778) is deze toestand behouden maar zijn er op het neerhof drie gebouwen bijgekomen, de site wordt "Chat. Kroonevoorder" genoemd. Op het primitief kadasterplan (circa 1829) bevindt het kasteel zich binnen een brede vierkante omwalling en het neerhof met vier gebouwen binnen een smallere omwalling. De dreven zijn bewaard en het goed is aangeduid als "Casteel van Croonevoorde nu hofstede". Toenmalig eigenaar is de Brugse De peellaert-Steenmare. Volgens de literatuur is de hoeve in de 19de eeuw een omwalde schaapshoeve. Volgens het kadaster wordt het kasteel circa 1930 afgebroken en vervangen door huidig woonhuis, ook de schuur en stal worden grondig verbouwd.
Ten oosten van het erf, boerenhuis uit de jaren 1920. Roodbakstenen volume op T-vormige plattegrond, en onder twee kruisende zadeldaken (rode mechanische pannen) met brede dakoverstek op uitgelengde klossen en windplanken. Donkerrode baksteenbouw met gecementeerde plint voorzien van imitatievoegen. Rechthoekige muuropeningen onder betonnen latei, oculus in de geveltop. Vernieuwd schrijnwerk.
Twee kleine nutsgebouwtjes onder zadeldak (rode mechanische pannen), haaks op het huis geplaatst, mogelijk 19de-eeuwse kern. Geel- en roodbakstenen volume met gecementeerde plint. Rechthoekige en licht getoogde muuropeningen onder houten latei en strek. Behouden, groengeschilderde opgeklampte deuren.
Ten noorden van het erf, dwarsschuur met geïncorporeerd wagenhuis, uit de jaren 1920. Donkerrode baksteenbouw onder zadeldak (rode mechanische pannen) met brede dakoverstek op uitgelengde klossen. Twee vierkante poortopeningen met vernieuwde poorten, twee brede openingen voor wagens (nu stal) en een segmentbogige deuropening met vernieuwd schrijnwerk. Verticale luchtspleten. Recuperatie van oudere moerbalken met kinderbalkgaten.
Ten westen van het erf, stalling, mogelijk met 19de-eeuwse kern. Verankerd geelbakstenen volume onder zadeldak (rode mechanische pannen) met brede dakoverstek op uitgelengde klossen. Kleine stalvensters en - deuren onder betonnen latei en in noordelijke zijgevel drie ovale oculi en een laadluik onder strek in geveltop.
Rijksarchief Brugge, Fonds Jonckheere, nr. 1217: Ommelooper der Wateringe gezeyd de Bet Oostersche Broucken, (datering onbekend).
Rijksarchief Brugge, Kaarten en Plannen, nr. 577: Kaart met het Bavendammetiend te Handzame, 17de eeuw.
LOWIE M., Handzame 1801-1976 dit was onze gemeente, Aartrijke, 1994, p. 37
Bron: BAERT S. & VANNESTE P. in samenwerking met CREYF S., DEVOOGHT K., GHERARDTS F. & MOEYKENS S. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortemark, Deel I: Deelgemeenten Kortemark en Handzame, Deel II: Deelgemeenten Werken en Zarren, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL40, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol; Baert, Sofie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)