Gelegen ten oosten van het dorpsplein, met omgevend, ommuurd kerkhof met trap ten westen. Van de kerk van 1780 bleven het schip, het koor en de zuidelijke sacristie bewaard; neogotische westgevel met centrale toren van 1892, jaartal vermeld op gedenksteen rechts naast de deur, laatstgenoemde vervangt een vermoedelijk romaanse zandstenen toren.

De plattegrond ontvouwt: een vierkante westtoren, een driebeukig schip van vijf traveeën, een koor met een rechte travee en apsis, ten zuiden sacristie. Neogotische westgevel en toren van kalkzandsteen; schip, koor en sacristie: baksteenbouw op zandstenen plint onder doorlopend leien zadeldak. Westgevel geflankeerd door steunberen met versnijding, vierkante westtoren met vier geledingen onder geknikte spits (leien) met dakkapellen; flankerende steunberen met versnijdingen. Gedrukte spitsboogdeur in bolle omlijsting, onder gebogen druiplijst doorlopend over de penanten. Daarboven spitsboogvenster in dito omlijsting. Gekoppelde spitsboogvormige galmgaten met omlopende onderdorpels en druiplijsten. Zijmuren met spitsbogige tweelichten in natuurstenen omlijsting onder een driepasvenster. Noord- en zuidgevel en koor: segmentboogvensters in geschilderde en gecementeerde omlijsting met oren, arduinen onderdorpels. Blinde koorsluiting. Rechts, oostelijke muur van schip met Christus aan het kruis. Schip geritmeerd door gedrukte rondboogarcaden op Toscaanse zuilen met achtzijdige basis. Schip en zijbeuken onder Boheemse kappen. Gordelbogen met casementen op Lodewijk XVI-consoles. Koor onder half koepelgewelf.

Mobilair

Laatbarokke preekstoel; communiebank en twee biechtstoelen door Willem van Buscum (1780); Lodewijk XVI-doksaal. Arduinen gotische doopvont (1500). Vroegbarok orgel (1643).