Inventaris

Kloosterbaan 124 (Arendonk)
Woonstalhuis van vier en vier traveeën, afgeschermd door linden. Verankerd bakstenen gebouw met muizentandfries afgelijnd, onder een zadeldak

Kloosterbaan 13-17 (Arendonk)
Halfvrijstaande reeks arbeidershuizen van twee of drie traveeën en één bouwlaag onder een gemeenschappelijk zadeldak, gekadastreerd in 1904.

Kloosterbaan 30-32 (Arendonk)
Voormalige herberg op de hoek met Potoven van drie traveeën en een afgeschuinde hoek op twee traveeën en twee bouwlagen onder een mank, kunstleien zadeldak, gekadastreerd in 1903.

Moerenstraat 2 (Arendonk)
Voormalig woonstalhuis van drie + drie traveeën onder zadeldak, gekadastreerd in 1912.

Reenstraat 38 (Arendonk)
Villa in eclectische stijl, gekadastreerd in 1908-1909; de voormalige kippenkwekerij nummer 39 en de vervallen boerderij nummer 40 dateren vermoedelijk uit het vierde kwart van de 19de eeuw.

Schutterstraat 83-85 (Arendonk)
Boerenarbeidershuizen met dubbelhuisopstand, respectievelijk van drie en vijf traveeën en één bouwlaag onder doorlopend zadeldak.

Vrijheid (Arendonk)
Neogotische kruisbasiliek naar ontwerp van E. Dieltiens, 1901-1904, toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Job.

Vrijheid (Arendonk)
Voormalig park Deroissart aangelegd met inheemse en exotische boomsoorten; een deel van het vroegere park werd omgevormd tot parking.

Vrijheid 29 (Arendonk)
Neogotisch gemeentehuis met vredegerecht naar ontwerp van provinciaal architect J. Taeymans, 1905, opgetrokken op dezelfde plaats als het vorige, dat in 1746 in een bestaand dorpshuis was ingericht. Dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een hoog oprijzend leien zadeldak met zes spitse dakkapelletjes, een breed centraal dakvenster en een octogonale dakruiter met deels opengewerkte leien spits en smeedijzeren topversiering. Voorgevel met opvallende geveluitwerking en -geleding, uitgevoerd in baksteenbouw gecombineerd met Euvillesteen. Gaaf interieur met grotendeels bewaarde planindeling.

Vrijheid 31 (Arendonk)
Neoclassicistisch herenhuis, circa 1905 opgetrokken door het geslacht Deroissart. Halfvrijstaand herenhuis van vier op drie traveeën en twee bouwlagen onder tentdak met smeedijzeren vorstkam en vier symmetrisch geplaatste schoorstenen. Bepleisterde, witgeschilderde lijstgevels op hoge arduinen rusticasokkel. In het interieur is de aankleding van de voormalige salons met eclectisch schilder- en stucwerk op de gelijkvloerse verdieping bewaard.