Inventaris

Prinsenhof 26 (Gent)
Achterin gelegen herenhuis van zes traveeën en drie bouwlagen, in kern minstens opklimmend tot de 18de eeuw, met gevel in neoclassicistische stijl uit het vierde kwart van de 19de eeuw. Complex gebouw op U-vormige plattegrond rondom een ruim rechthoekige afgesloten binnenplein via een poort uitziend op de Pluimstraat. Een gedeelte van de gebouwen, onder meer de overwelfde kelder onder de rechter vleugel klimt mogelijk op tot midden 17de eeuw. Haakse linkse en rechtse aanbouwen van voormalige 18de-eeuwse stallen.

Prinsenhof 46-50 (Gent)
Een dubbel- en twee enkelhuizen van respectievelijk drie en twee traveeën, drie bouwlagen, onder zadeldak, van circa 1900.

Prinsenhof 71 (Gent)
Een in oorsprong 15de-eeuws onderdeel van de vorstelijke residentie Prinsenhof, opgenomen in een groot woonhuis uit de late 18de of het begin van de 19de eeuw met een kenmerkende neoclassicistische architectuur waar Jean Baptiste Bethune, promotor van de neogotiek, lange tijd heeft verbleven en waaraan zijn glazeniersatelier was gehecht.

Prinsenhof 8, 8A (Gent)
Diephuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak, van circa 1900. Voorgevel in neotraditionele stijl met bak- en natuurstenen trapgevel.

Proeftuinstraat 16-18 (Gent)
Achterin gelegen landhuis van bak- en zandsteen, opgetrokken in neotraditionele stijl en bestaande uit drie gedeelten die samen een gebouw op L-vormige plattegrond vormen, en die overwegend dateren van 1900 en de eerste helft van de 20ste eeuw. Koetshuis, daterend van 1900 en voorzien van brede korfboogvormige poorten en een getrapt dakvenster met hijsbalk.

Prudens Van Duyseplein 14 (Gent)
Hoekhuis van twee en vier traveeën met drie bouwlagen onder afgewolfd zadeldak, met bepleisterde lijstgevels met imitatiebanden op begane grond.

Prudens Van Duyseplein 9 (Gent)
Neotraditioneel hoekhuis van twee bouwlagen onder twee zadeldaken (pannen), gebouwd naar ontwerp van Ch. Van Driessche in 1899.

Putkapelstraat 101 (Gent)
Barok kapelletje, opgericht in 1687 op de plaats waar gewijde vaten, gestolen in de Sint-Martenskerk te Kortrijk, teruggevonden werden. Belangrijk bedevaartsoord tot de Tweede Wereldoorlog. In 1944 grotendeels vernield door brand en heropgebouwd in 1958-60 naar ontwerp van architect A. Bressers.

Putkapelstraat 8-12 (Gent)
Complex van twee woningen en een werkhuis in neotraditionele stijl, daterend van 1863-64 en voorheen het woonhuis met werkplaats van beeldhouwer Leopold Blanchaert en later kunstschilder Adrianus Bressers, belangrijke kunstenaars van de neogotiek te Gent.

Putstraat 26-30 (Gent)
Nog gedeeltelijk omwald kasteel, in archiefstukken reeds vermeld in de 15de eeuw. Kasteel op U-vormige plattegrond volgens een noordwest-zuidoost-as ingeplant op de vroegere grondvesten. Laatclassicistische gevels circa 1840 te dateren en mogelijk beïnvloed door Parijse voorbeelden onder meer door Ludovico Visconti. Voorgevel van negen traveeën en twee en een halve bouwlaag onder snijdende schilddaken met vier achthoekige noktorentjes. Ten zuiden, voormalig neerhof en stallen vermoedelijk samen met de wederopbouw van het kasteel omgevormd tot portierswoningen en koetshuizen, in kern minstens opklimmend tot de 18de eeuw. Park in landschappelijke stijl met toegangsdreef.