Inventaris

Acacialaan 1-66, 67-85, Berkenlaan 1-32, 33-51, Eikenlaan 1-96, 97-121, Evence Coppéelaan 2, Haagdoornstraat 1-7, Hovenierslaan 1-29, Kerkstraat 1-3, Margarethalaan 1-56, 58-72, 73-76, 77, Noordlaan 1-2, 3-9, 6A-B, 10-43, 45-111, Oostlaan 2-34, 35-40, 42-56, Populierenstraat 1-15, Rondpuntlaan 1-16, 17-27, Valleistraat 1-16, Vennestraat 172-190, Vijverstraat 1-8, 10-16, Wildekastanjelaan 13-23, Zandstraat 2-12 (Genk)
De Eerste Cité of tuinwijk van Winterslag, vormt de vroegste kern van de grootschalige mijncité bij de mijn van Winterslag. Het aanlegplan en de architectuur vertaalt het best de oorspronkelijke ontwerpplannen van architect Adrien Blomme en werd aangevat in 1912.

André Dumontlaan 2, 8, Bevrijdingslaan 1-62, 64-66, Dennenstraat 2-4, 5-6, 8-16, 17-22, 23-31, Herinneringstraat 1-20, 22-26, Onafhankelijkheidslaan 17-64, 66-74, Onderwijslaan 1-35, Parallelstraat 2-28, Stalenstraat 1-8, 10-18, 110-120, Veertien Septemberlaan 1-66, 68-70, Verbindingslaan 1-68, 69-73, 74-100, Vooruitgangstraat 1-20, 22-30 (Genk)
Ten zuiden van de Onderwijslaan bevindt zich een deel van de mijncité van Waterschei, dat op complexe wijze aanknoopt bij het centrum van Oud-Waterschei. De zone werd in verschillende fases uitgebouwd, verspreid doorheen de tijd vanaf circa 1910 tot na de Tweede Wereldoorlog.

André Dumontlaan 31, Duinenlaan 2-4, Kerkeweg 2-36, Meridiaanlaan 1-3, 4-35, 36-76, Nijverheidslaan 1-63, Parklaan 1 (Genk)
De Cité Industrielle vormt de vroegste kern van mijnwerkershuisvesting bij de mijn van Waterschei, gebouwd vanaf 1910 in opdracht van de nv 'Charbonnages André Dumont sous Asch'. Ze omvat arbeiders-, bediende- en ingenieurswoningen, maar eveneens monumentale directeurswoningen.

Koning Boudewijnlaan 1-3, Marcel Habetslaan 1-31 (Genk)
De Marcel Habetslaan vormt de locatie van de reeds voor de Eerste Wereldoorlog aangevatte ingenieurs- en directeurswijk van de mijn van Zwartberg. De zeventien villa’s voor ingenieurs en kaderpersoneel kwamen gespreid tot stand, tot na de Tweede Wereldoorlog.

Belfortstraat 34, Vlasmarkt 17 (Gent)
Zogenaamd "'t Krochtje". Hoekhuis van drie bouwlagen met zadeldak (Vlaamse pannen). Het pand is in kern nog een "steen" uit de 13de eeuw.

Bij Sint-Jacobs 10 (Gent)
Stadswoning met een bepleisterde en beschilderde lijstgevel uit eind 18de eeuw. Binnenin resten van middeleeuwse kern.

Bij Sint-Jacobs 15A, Oude Schaapmarkt 5-11, 11A-F (Gent)
Hier gesticht in 1191. Het oorspronkelijke complex in beluikvorm rondom twee binnenplaatsen werd in de 19de eeuw verbouwd. Eénlaagse gebouwtjes onder pannendak met dakkapellen rondom de eerste kleine binnenplaats. De twee resterende neoclassicistische gevels rondom de voormalige vierkantige binnenplaats dateren vermoedelijk uit begin 19de eeuw. De huidige kapel in rococostijl dateert van 1743-1745 en is een ontwerp van Bernard de Wilde.

Dok-Noord 2 (Gent)
Directeurswoning van de voormalige stoomhoutzagerij Fiévé-Dutry. Het herenhuis uit 1848 behoort tot de oudste nog bewaarde bebouwing aan het Handelsdok en is het enige restant van een groot bedrijvencomplex dat zich uitstrekte ten noorden van de woning. Het pand werd, samen met een eerste magazijn, opgetrokken voor Isidore Fiévé-Dutry en is vermoedelijk ontworpen door Louis Minard (1801-1875) en bezit een rijke en gaaf bewaarde interieurafwerking.

Donkersteeg 4 (Gent)
Stadswoning van drie bouwlagen en drie traveeën onder zadeldak, met een lijstgevel uit 19de eeuw. Middeleeuwse kern in Doornikse kalksteen, zichtbaar op de gelijkvloerse verdieping en in de kelder. Naar verluidt zou de voorgevel opgetrokken zijn uit bak- en zandsteen en evenals het achterste deel van kelder dateren uit 16de of 17de eeuw.

Goudenleeuwplein 5, Hoogpoort 52, Stadhuissteeg 3-5 (Gent)
Geheel van kelders uit de middeleeuwen en nieuwe tijden teruggaand op enkele gebouwen langs de Hoogpoort (huis ’t Gulden Hoofdt en huis De Ketele) en de Stadhuissteeg (huis Stadhuissteeg 5).