Inventaris

Vaartstraat 52 (Kaprijke)
Aan de straat gelegen alleenstaand huis van vier traveeën en twee bouwlagen onder schilddak, volgens het kadasterarchief met huidig voorkomen van circa 1871.

Voorstraat 12 (Kaprijke)
Burgerhuis van twee bouwlagen onder zadeldak met voorgevel van gele baksteen, vermoedelijk daterend van de jaren 1930.

Voorstraat 25 (Kaprijke)
Burgerhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder schilddak, met aan de achtergevel verschillende aanbouwsels en een vrijstaande voormalige duiventoren, vermoedelijk opklimmend tot de 18de eeuw.

Voorstraat 27 (Kaprijke)
Burgerhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak, vermoedelijk uit het derde kwart van de 19de eeuw.

Voorstraat 30 (Kaprijke)
Neoclassicistisch burgerhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak, vermoedelijk uit de tweede helft van de 19de eeuw.

Voorstraat 37 (Kaprijke)
Burgerhuis van drie traveeën en twee bouwlagen met zadeldak met pannen, uit eind 18de eeuw. Het huis met dubbelhuisopstand vertoont niet meer de typische gevelbepleistering.

Voorstraat 50 (Kaprijke)
Rijhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak, uit de 19de eeuw.

Voorstraat 69 (Kaprijke)
Burgerhuis van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak. Opvallend gevelparement uit begin 20ste eeuw van wit geglazuurde bakstenen met contrasterende motieven in groene stenen en tegeltableau met koppel duiven in art-nouveaustijl. Begane grond verbouwd.

Voorstraat 70-72 (Kaprijke)
Eenheidsbebouwing van twee gekoppelde burgerhuizen van drie traveeën en twee bouwlagen onder doorlopend zadeldak met voorgevel van gele baksteen, volgens de kadastergegevens vermoedelijk daterend van 1939. Dubbelhuisopstand met rechthoekige muuropeningen.

Vrouwstraat 1 (Kaprijke)
Klooster, in kern minstens opklimmend tot 18de eeuw. Tot 1838 huis van de heer Coorebyter. Van 1839 tot 1865 ingericht als kostschool voor jongens, een gemeenteschool opgericht in 1835 door Louis Braet-Lecaille. vanaf 1892 rusthuis en klooster van de zusters van Sint-Vincentius a Paulo.