Inventaris

Papegaaistraat 75 (Gent)
Dubbelhuis van drie traveeën en drie bouwlagen met zadeldak met recente dakkapel, van circa 1925, volgens opschrift naar ontwerp van J. Lippens. Lijstgevel met cementbepleistering met art-deco-inslag.

Papegaaistraat 77 (Gent)
Smal rijhuis van één travee en vier bouwlagen, zadeldak, van circa 1925. Witgeschilderde lijstgevel met cementbepleistering in art-decostijl.

Papegaaistraat 78-82 (Gent)
Ensemble van rijhuizen met elk een gecementeerde lijstgevel van twee traveeën en drie bouwlagen, met mansardedak, opgetrokken circa 1925 in art-decostijl, volgens opschrift naar ontwerp van architect J. Lippens.

Papegaaistraat 79 (Gent)
Hoekhuis van vier bouwlagen, onder zadeldak, volgens archiefstukken van 1922. Witte, bepleisterde voorgevel van vier traveeën met dubbelhuisopstand, brede afgekante hoektravee gemarkeerd door een erker en links zijgevel van twee traveeën, met neoclassicistische inslag.

Paradijskouter 16 (Gent)
Rug aan rug gebouwde arbeiderswoningen van vijf traveeën en één bouwlaag onder afgewolfd zadeldak in kern opklimmend tot 1852, beide met klein voortuintje.

Paradijskouter 2 (Gent)
Fraai complex van voormalige kleine boerenhuisjes, gelegen op de hoek met de Antoon Catriestraat met klein omhaagd voortuintje en achterliggende boomgaard.

Paradijskouter 41 (Gent)
Verderop ten opzichte van de straat gelegen hoeve met losstaande bestanddelen gegroepeerd rondom beboomd erf, daterend uit het begin van de 19de eeuw (?).

Paradijskouter 52 (Gent)
Een zware knoteik met stamomtrek van bij de 3 meter markeert een perceelgrens als hoekboom en staat bij de erftoegang van een hoeve.

Paradijskouter 81 (Gent)
Hoevetje van het langgestrekte type gelegen aan de spoorweg.

Parklaan (Gent)
Twee bomenrijen van gekandelaarde platanen sieren de Parklaan die een verbindigsweg is tussen het Citadelpark en Burggravenlaan. Deze lijnaanplanting is nog intact en bezit nog zijn oorspronkelijke boomaanplanting bestaande uit tweeëndertig platanen. Op één boom na hebben alle platanen zéér knoestige stammen en een brede stamvoet. De gewone plataan (Platanus × hispanica, synoniem: Platanus × acerifolia of Platanus × hybrida) is hybride van de oosterse plataan (Plantanus orientalis) en de westerse plataan (Platanus occidentalis). Vermoedelijk zien we hier het verschil tussen hybriden waarvan de een dichter aanleunt bij oosterse (knoestige) en de andere bij de westerse plataan. Hierover kan genetisch onderzoek uitsluitsel geven.