Inventaris

Mottenbergstraat (Pajottegem), Brusselbaan, Plutsingenstraat (Pepingen)
De Brusselbaan en de Plutsingenstraat vormen een wegenstelsel dat zich in het reliëf heeft ingesneden. De houtkant bevindt zich op een steil talud van de holle weg. Verschillende soorten die in de houtkant voorkomen worden als hakhout beheerd. De houtkant bestaat onder andere uit rode kornoelje (Cornus sanguinea), gewone hazelaar (Corylus avellana), gewone es (Fraxinus exelsior), grauwe abeel (Populus canescens (x)) (grauwe abeel), ratelpopulier (Populus tremula), zoete kers (Prunus avium), zomereik (Quercus robur), ruwe iep (Ulmus glabra ), Hollandse iep (Ulmus hollandica (x)) en gladde iep (Ulmus minor).

Munkbaan 1-2, 1A (Pajottegem)
Tweeledige opper- en neerhofstructuur met sporen van een ringgracht verwijzend naar de motte-origine, gelegen op de linkeroever van de Mark, op de grens met Galmaarden. Het landgebruik bleef ongewijzigd sinds de 19de eeuw. Knotwilgenrijen en meidoornhagen markeren de historische percelering.

Philipskouterstraat 2-3 (Pajottegem)
De geschoren afsluitingshaag is aangeplant ter afsluiting van het erf aan straatzijde. Op de zuidelijke perceelsgrens zijn de eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) en gewone haagbeuk (Carpinus betulus) op een hoogte van twee meter geschoren.

Philipskouterstraat 4 (Pajottegem)
De geschoren afsluitingshaag is aangeplant ter afsluiting van het erf aan straatzijde. Op de zuidelijke perceelsgrens zijn de eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) en gewone haagbeuk (Carpinus betulus) op een hoogte van twee meter geschoren.

Philipskouterstraat 7 (Pajottegem)
De uitgegroeide haag en houtkant bevindt zich deels op de perceelsgrens van een erf en een akkerland en deels tussen weiland en akkerland. De haag bestaat uit eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna), ruwe iep (Ulmus glabra), gewone haagbeuk (Carpinus betulus) en gewone hazelaar (Corylus avellana).

Rasbeekstraat, Torreborrestraat (Pajottegem)
De gemengde houtkant bevindt zich op de oevers van de Raesbeek. Hij werd aangeplant om de oevers van de beek te verstevigen en om de drainage te regelen. De houtkant, met een representatieve groeivorm, is beeldbepalend in de vallei en accentueert de loop van de Raesbeek. De beplantingen, die periodiek worden gekapt, bestaan onder andere uit schietwilg (Salix alba), eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna), gele bindwilg (Salix x rubens), ruwe iep (Ulmus glabra), gladde iep (Ulmus minor), sleedoorn (Prunus spinosa) en zomereik (Quercus robur).

Rendries (Pajottegem)
De geschoren haag begrenst de westzijde, en deels ook de zuid- en noordzijde van een grasland langs de waterloop 'Mark'. De gemende haag van 340 meter lang staat op de perceelsgrens langs de straatzijde en bestaat hoofdzakelijk uit eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna).

Rendries 5 (Pajottegem)
De geschoren meidoornhaag bevindt zich op de perceelsgrens van een weiland ten oosten van de hoeve. De haag ligt langs een landbouwweg ten noorden van de hoeve die vanaf de Rendries richting de Mark loopt. In de afsluitinghaag van eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) staat een op enen gezette struik van eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna). Daarnaast staan er ook opgaande en geknotte bomen en een mispel (Mespilus germanica) in de haag.

Rendries 5 (Pajottegem)
De op enen gezette meidoorn bevindt zich op de perceelsgrens van een weiland ten oosten van de hoeve. De eenstijlige meidoornheester (Crataegus monogyna) ligt in een geschoren haag langs een landbouwweg die ten noorden van de hoeve vanaf de Rendries richting de Mark loopt. In de afsluitinghaag van eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) staan ook opgaande en geknotte bomen en een mispel (Mespilus germanica).

Rendries 5 (Pajottegem)
De geschoren veekeringshaag van eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) bevindt zich op de perceelsrand van een weiland ten zuiden van de hoeve. Op het grasland bevinden zich nog enkele fruitbomen. De hoogstamboomgaard wordt aan de noordwest- en zuidwestzijde afgesloten door de meidoornhaag.