Inventaris

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
In het kasteelpark van Mariagaarde staat nabij de gracht een moseik met een omtrek van 308 cm.

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
In het kasteelpark van Mariagaarde staat centraal in het gazon achter het kasteel een Ginkgo biloba met een stamomtrek van 289 cm. Vlakbij staan ook nog twee jongere exemplaren van dezelfde soort, mogelijk zaailingen.

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
In het park achter het kasteel van Mariagaarde staat een monumentale tulpenboom met een stamomtrek van 475 m.

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
In de noordwestelijke hoek van het park bij het kasteel van Mariagaarde staan twee imposante geënte beuken. De ent bevindt zich op circa 1 m. De stamomtrek van de dikste beuk meet 590 cm net onder de ent.

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
Langs de gracht, ten zuidwesten van het kasteel, staat een imposante opgaande beuk met een stamomtrek van 353 cm.

Kasteelstraat 10 (Borgloon)
In het noordoosten van het park achter het kasteel van Mariagaarde in Hoepertingen, werd een groepje kastanjelaars aangeplant. Er staan 4 tamme kastanjes, waarvan er op het moment van inventarisatie één afgestorven was, en een meerstammige paardenkastanje. De boom heeft 3 stammen die een gezamelijke omtrek van 527 cm hebben.

Manshoven 1 (Borgloon)
Tegenover de hoeve Manshovenhof staan in de hoogstamboomgaarden twee mooi ontwikkelde notelaars waarvan de westelijke een stamomtrek van 268 cm en de oostelijke van 288 cm heeft.

Nielstraat (Borgloon)
Kapel, met erachter een treures. Rechthoekig gebouw van een travee onder zadeldak, uit de 19de eeuw.

Oude Kassei 46 (Borgloon)
Naast de kleine kapel, staat een beeldbepalende paardenkastanje met een mooie groeivorm. Waarschijnlijk is deze boom gelijktijdig geplaatst met de bouw van de kapel, in het eerste kwart van de 20ste eeuw.

Romeinse Kassei (Borgloon)
De Tjenneboom is een solitaire witte abeel die zich op het hoogste punt bevindt langs de Romeinse kassei, op een kruispunt van vier gemeenten: Helshoven, Gotem, Mettekoven en Voort. Dit is een typische locatie voor een galg of brandstapel, die zich in het verleden veelal in de uithoek van een dorp en op de top van een berg bevond. Door zijn ligging is hij van overal zichtbaar en vormt hij dus een baken in het landschap.