123 resultaten
ID: 303014 | Landschappelijk geheel

Everbeek, Nederbrakel, Opbrakel (Brakel)
Het Hayesbos is gelegen op de getuigenheuvelrij die kenmerkend is voor de Vlaamse Ardennen. Het Hayesbos ligt op de noordelijke helling van het Livierenbos. De Verrebeek ontspringt in het Livierenbos. De meeste zijbeken ontspringen in de bronnen in de bosrand van het Hayesbos. De sterk meanderende bronbeek heeft een sterk verval en komt ten noorden van het Hayesbos in een gebied dat gekenmerkt wordt door graslanden rijk aan houtige beplantingen op perceelsgrenzen. De vallei van de Verrebeek is een halfopen landschap rijk aan KLE’s (kleine landschapselementen). Het open landbouwgebied Doensberg ligt ten oosten van de vallei en ten noorden het Hayesbos.
ID: 308983 | Landschappelijk geheel

Everbeek (Brakel)
Het ‘Trimpontbos en omgeving’ in Everbeek (Brakel) is een gevarieerd landschap gelegen in het zuiden van de gemeente Brakel. Kenmerkend voor het gebied is de historisch-landschappelijke structuur van kleine oudbosbestanden op de heuvelflanken, met tussenin een smalle en lager gelegen valleitjes bestaande uit historisch permanente graslanden. Verspreid in het landschap staan enkele kleinschalige hoevegebouwen en bijhorende erfbeplantingen. Het Trimpontbos is ook bijzonder waardevol omwille van het brongebied van de Terkleppebeek. Centraal in Trimpont ligt de Kruiskapel in een open graslandcomplex. Daarrond liggen enkele zichten op de kapel en omgeving.
ID: 135218 | Landschappelijk geheel

Opbrakel (Brakel)
Het Brakelbos is een 18de-eeuws boscomplex van vooral beuk als hooghout en gekenmerkt door rechte exploitatiewegen. Ten oosten daarvan loopt de Sassegembeek met hoofdzakelijk regelmatige, kleine percelen meers met perceelsrandbegroeiing. Het Brakelbos ligt op een getuigenheuvel uit het Diestiaan en langs de valleiwanden zijn er verschillende tertiaire ontsluitingen van klei en zand. Er zijn sporen van zavelputten en ijzerzandsteenwinning. De heuvels tellen verschillende bronbossen met bronamfitheaters die de talrijke beekjes voeden waaronder de Sassegembeek-Molenbeek. De vierkantshoeve Hof ten Bossche en het Hof te Fransbeke aan de rand van het bos zijn twee historische ontginningshoeven van de middeleeuwse heerlijkheid Opbrakel.
ID: 135216 | Landschappelijk geheel

Zegelsem (Brakel), Sint-Kornelis-Horebeke, Sint-Maria-Horebeke (Horebeke), Maarke-Kerkem, Schorisse (Maarkedal), Mater (Oudenaarde)
Dit gebied strekt zich over het grondgebied van de gemeenten Brakel, Horebeke en Schorisse uit. Het omvat de bronhoofden van de Maarkebeek (Krombeek) en een deel van de loop van de Maarkebeek. Het heuvelig karakter van dit gebied wordt veroorzaakt door de sterke erosiewerking van talrijke kleine waterlopen. Het bodemgebruik bestaat hoofdzakelijk uit een afwisseling van bossen en graslanden. Er zijn talrijke zichten op de omgeving.
ID: 73891 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Brusselsestraat 100-102, Toepkapelstraat 11 (Brakel)
Afgesloten parkdomein van circa 28 hectare op heuvelflank, in opdracht van F. Hoebeke aangelegd om de zuiverheid van het bronwater van de Top Bronnen te verzekeren, palend aan domein van Kasteel van de Top Bronnen en gelijknamig bijhorend bedrijf. Landschappelijke tuin met typische pittoreske aanleg, met veelheid aan boomsoorten en bouwkundige elementen.
ID: 73966 | Bouwkundig element

Plaatsbeek (Brakel)
Rechthoekige bakstenen kapel uit 1855 onder overstekend pannen zadeldak met verhoogde voorgevel eindigend op gedrukte klokvormige top met voluten op hoge pilasters; bekronend decoratief ijzeren kruis. In de wegberm van voetweg Dries: gemetste bakstenen bronput vooraan afgesloten met houten luik.
ID: 135337 | Landschappelijk geheel

Bree, Opitter (Bree), Gruitrode, Neerglabbeek (Oudsbergen)
De Itter en haar zijbeken sneden smalle valleien uit in het Kempens Plateau. Landschappelijk vormt de Itterbeek ook de overgang tussen het landbouwgerichte noordwesten en de Solterheide ten zuidoosten. Hoewel de oorspronkelijke heide daar is verdrongen door naaldbossen en akkers, worden in wegbermen, kapvlakten of brandgangen toch heiderelicten teruggevonden. Noordwestelijk, op de Nijsenberg en de Steenberg, voeren velden en weiden de boventoon, waartussen verspreide hoeves staan en loofbosjes voorkomen. In Opitter lagen niet minder dan vier watermolens. Vlakbij ligt nog het park Itterdal, in landschappelijke stijl, met merkwaardige boomsoorten, een vijvercomplex en vele bloemrijke delen. Guitrode kent ook een gave dorpskern met onder andere de Sint-Gertrudiskerk en een commanderij van de Duitse Orde.
ID: 135086 | Landschappelijk geheel

Dilbeek, Groot-Bijgaarden (Dilbeek)
Dit gebied strekt zich uit ten noorden van Dilbeek en omvat het Sint-Alenapark, de Wolfsputten en de Sint-Wivina-abdij, de Benedictinessenabdij omstreeks 1125 gesticht als priorij afhankelijk van de abdij van Affligem. Het complex omvat nog een aantal waardevolle abdijgebouwen en typische ingrediënten van een kloostertuin. De Wolfsputten danken hun ontstaan aan de ontginning van de kalkhoudende, fijnkorrelige Lediaan zandsteen. Verder omvat het gebied ook het Sint-Alenapark, begin 18de eeuw tegen de terreinhelling aangelegd.
ID: 302506 | Landschappelijk element

Dilbeek, Itterbeek, Sint-Martens-Bodegem (Dilbeek)
Het Begijnenborrebos behoort tot de rijkste en best ontwikkelde hellingsbossen uit het centrale gedeelte van Brabant.
ID: 135230 | Landschappelijk geheel

Aaigem, Mere (Erpe-Mere), Haaltert, Heldergem, Kerksken (Haaltert), Herzele, Ressegem, Woubrechtegem (Herzele)
De vallei van de Molenbeek tussen Herzele en Mere heeft een heuvelig karakter doordat de vallei zich in de onderliggende Tertiaire afzettingen heeft ingesneden. Op de Molenbeek komen verschillende boven- en onderslagmolens uit de 18de eeuw voor zoals de Ratmolen met molenaarshuis en de Engelsmolen. In de vallei komen weilanden voor met perceelsrandbegroeiing maar ook bospercelen en bronbosjes die zorgen voor een gesloten karakter. Te Herzele is de vallei van de Molenbeek relatief breed met veel bocage. Hier ligt het kasteel van Herzele in een omringend park met lange eikendreef. De historische continuïteit van bepaalde delen van de Blauwbossen gaat minstens terug tot de 18de eeuw.