Inventaris

Dubbelrij 16-17, 18, 37, Karperstraat 5-7, 19, Werkplaatsen 43-45, 49-55 (Lommel)
Vijf enkelhuizen; drie traveeën en één bouwlaag onder zadeldak, uit begin 20ste eeuw.

Dubbelrij 63-66, 71-73, 76-78, Snoekstraat 26-28, Werkplaatsen 142-144, 150-152, 158-160, 174-176 (Lommel)
Telkens twee in spiegelbeeld gekoppelde, van omhaagde voortuintjes voorziene enkelhuizen van twee traveeën en één bouwlaag onder zadeldak, uit het begin van de 20ste eeuw.

Glasplein 4-5, Paulusstraat 25-27 (Lommel)
Een analoog type vormen Glasplein nummers 6-7 en Paulusstraat nummers 26-28.

Glasplein 4-6, Paulusstraat 1-13, 14-27, 28 (Lommel)
Tuinwijk, van 1925-28, vroeger eigendom van de nu verdwenen, in 1924 opgerichte glasfabriek Verreries Campinoises.

Paulusstraat 1-4, 21-24 (Lommel)
Gekenmerkt door twee dakvensters vooraan, onder zadeldakjes, en twee achteraan, onder platte bedaking.

Paulusstraat 9-13, 14-15, 16 (Lommel)
Getypeerd door telkens twee dakvensters voor- en achteraan onder vlakke bedaking met geprofileerde houten kroonlijst.

Paulusstraat 17-20 (Lommel)
Gemarkeerd door een overhoekse muizentand tussen beide bouwlagen van de bovenaan gecementeerde en door lisenen geritmeerde voorgevel.

Acacialaan 1-14, 15-21, Baron Coppéelaan 1-28, 30-34, Berkenlaan 1-14, 15-23, Bosjesstraat 1-14, Bremstraat 1-56, Casinostraat 1-22, 23-47, Dopheidestraat 1-21, 22-31, 32-42, Echostraat 2-24, Eikenlaan 1-44, 46-64, Elisabethlaan 1-12, 13-21, Grafheuvelstraat 1-30, Guillaume Lambertlaan 1-44, 46-60, Heidestraat 1-12, 14, Ivan Orbanlaan 1-10, 11, Kapelstraat 1-18, 20-30, Kastanjelaan 1-70, 71-83, Kersenlaan 1-22, 23-31, Koninginnelaan 1-42, 43-99, Lijsterbessenlaan 1-20, 22-30, Louis Mercierlaan 1-62, 63-155, 157A-B, 155A, Lucien Schalenborghlaan 1-52, 54-72, Marie Joséestraat 1-3, Natiënlaan 1-30, 32-40, Paul Lambertlaan 1-28, 30-54, 88-94, Paul Nicoulaan 1-24, 26-42, Romeins Kampstraat 1-30, 32-34, Torenlaan 1-22, 23-27, Voedingsstraat 1-16, 18, Zetellaan 63, 67 (Maasmechelen)
Vanaf 1908 begint de mijn met de aankoop van gronden in Eisden. Onmiddellijk wordt begonnen met de bouw van een tuinwijk. De wijk wordt ingeplant ten zuidwesten van de mijn. Een eerste bouwfase dateert van 1911 tot 1913.

Bessenstraat 15-19, Boogstraat 1-32, 33-37, Hoogstraat 1-6, 7, Houtstraat 1-4, 5, Kleinstraat 1-4, 5, Kolenstraat 1-6, 7, Kon. Astridlaan 54-74, Koning Albertlaan 75-85, 124-132, Koppelstraat 1-12, 13-19, Leopoldstraat 43-65, Middenstraat 1-6, 8-18, Oude Baan 249-281, Rondpunt 1-8 (Maasmechelen)
De Tuinwijk van Mechelen-aan-de-Maas kwam vanaf de late jaren 1940 tot stand in het kader van de steenkoolmijn van Eisden. De honderdvijftig woningen werden tussen 1948 en 1950 gebouwd.

Eekhoornstraat 1-32, 33-45, Eksterstraat 1-30, 32-50, Gouden Regenstraat 1-64, 65-71, Gouv.H. Verwilghenlaan 37, 48-50, Herdersstraat 63-65, 128-130, Heuvelstraat 1-6, Maj.Berbenlaan 1-59, Oude Baan 168-176, 177-196, 197-205, 209, Schoutstraat 1-4, 5, Valkeniersstraat 1-17, Vuchterbosstraat 1-18, 20-36, Windelsteenstraat 1-14, 15-39 (Maasmechelen)
De cité van Vucht bij de steenkoolmijn van Eisden werd als arbeiderswijk opgericht ten tijde van de Kolenslag vanaf 1949, om de huisvestingsnood die hiermee gepaard ging op te vangen. De vroegste zeventig mijnwerkerswoningen waren ontworpen door Corthouts en ’s Heeren.