Inventaris

Mosselstraat 25 (Gistel)
Vrijstaand boerenburgerhuis uit het begin van de 20ste eeuw, met markerende baksteenversiering.

Mosselstraat 31 (Gistel)
Lage witgeschilderde villa uit de jaren 1920 met regionalistische inslag die onder meer blijkt uit de tuitgevels, de geriemde omlijsting van de deuren en het bewaarde houtwerk. Tuin met vrij oude beuken, linden en paardekastanjes.

Mosselstraat 44-46 (Gistel)
Koppelwoning, gebouwd door de Gistelse sociale huisvestingsmaatschappij Eigen Haard is Goud Waard in 1922-1923, waarschijnlijk naar ontwerp van Oscar Dekeyser. Voorbeeld van de bewust kleinschalige, ruraal geïnspireerde sociale woningbouw uit het interbellum en uitgevoerd in een kenmerkende regionalistische architectuur.

Mosselstraat 61 (Gistel)
Historische hoeve, als site reeds aangeduid op de Ferrariskaart van 1770-1778, op de Atlas der Buurtwegen van circa 1843 aangeduid met de huidige vrijstaande volumes. Merkwaardige lange dwarsschuur met geïncorporeerd wagenhuis en stal, met 18de-eeuwse kern, zie gebint.

Naaikapelleweg 1 (Gistel)
Modelhoeve naar Engels voorbeeld gebouwd in 1855 naar ontwerp van de Franse architect H. Horeau, door aannemer Alderwereldt en op initiatief van agronoom Pierre Bortier.

Neerhofstraat 9 (Gistel)
Tot voor kort feestzaal zogenaamd "'t Gravenhof" van circa 1911, gebouwd door Alfred Ronse (1876-1962) als afspanning bij de kerk, uitgebreid als feestzaal in 1971 (achterzijde).

Neerhofstraat 11, 15 (Gistel)
Burgerhuis met art-deco-inslag uit de jaren 1930. Typerende elementen zijn het uitgewerkte baksteenparement, het verdiepte portaal en de overhoekse erker. Nummer 11: gelijkaardig pand, vermoedelijk van iets latere datum in imitatieve stijl.

Neerhofstraat 20 (Gistel)
Burgerhuis uit de jaren 1920-1930, gekenmerkt door het pseudo-mansardedak en het rechter risaliet met erker oplopend in een gebogen fronton.

Neerhofstraat 26 (Gistel)
Voormalig handelspand uit het begin van de 20ste eeuw.

Nieuwpoortse Steenweg 1 (Gistel)
Eclectisch 'kasteeltje' in een beboomde tuin, uit het begin van de 20ste eeuw. Typerende afwisseling van rode en gele baksteen, centrale portaalerker uitlopend op toren en hoekarkeltjes met leien spits. Hekpijlers uitgevoerd in bijpassende architecturale vormentaal, smeedijzeren hek.