Inventaris

Weststraat 68 (Lievegem)
Achterin omhaagde boomgaard, in oorsprong hoeve met losse bestanddelen waarvan de bakstenen schuur met stallen en wagenhuis onder één zadeldak bewaard zijn.

Weststraat 82 (Lievegem)
Aangepaste hoeve achterin omhaagde boomgaard, toegankelijk via een imposant ijzeren zwart-en witgeschilderd trek met zijhekjes aan gietijzeren zuilen met bekroning. Huidige boerenwoning met oude kern, links en rechts uitgebreid in loop van de 18de tot de 19de eeuw. Erachter, grote bakstenen schuur van 1897.

Wielmakersveld 20 (Lievegem)
Alleenstaand burgerhuis van twee bouwlagen onder mansardedak met dakkapellen, van 1860, doch gebouwd op de plaats van een ouder huis.

Wittemoer (Lievegem)
In het Meistraatje, een zandweg van Oostmoer naar de Lembeekse bossen, bevindt zich de kapel van de ‘Bevende Hazelaar’, een houten boomkapelletje dat tegen de stam van een lindeboom werd bevestigd. Volgens de legende vond op deze plaats de zoon van Filips Van Kleef de dood. De aanvoerder van de Gentenaars in de strijd tegen Maximiliaan van Oostenrijk werd gedood of vermoord en in het geheim begraven. Een boom moest de plaats aanduiden. Na 500 jaar is het nog steeds een bedevaartsoord met processie in de meimaand. De oude lindeboom ging in 2005 tegen de vlakte en werd kort daarop vervangen door een nieuw exemplaar. De boomkapel werd opnieuw opgehangen bij de jonge lindeboom.

Zandstraat 2 (Lievegem)
Alleenstaand burgerhuis met ondiepe voortuin afgesloten door sierlijk ijzeren hekwerk. Dubbelhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder schilddak, gebouwd circa 1890. Houten gevelkapelletje tegen de rechtse hoekpenant.

Zomerlaan 28 (Lievegem)
Villa in ruime omringende tuin, gebouwd in 1906-1907. Eclectisch getinte villa van twee bouwlagen onder leien mansardedak en achterzijde deels met plat dak, met lichte art-nouveau-inslag, voornamelijk in de siermotieven van de ijzeren leuningen. Afzonderlijk bijbehorend voormalig koetshuis met paardenstal.

Gierle (Lille), Vosselaar (Vosselaar)
Het Grotenhoutbos is een relict van het domaniaal bos dat als jachtgebied diende voor de hertogen van Brabant. Dit bosdomein is nu een uitgstrekt, aaneengesloten, door indrukwekkende dreven doorsneden, bosrijk gebied in een gaaf en open landbouwgebied. Het is het enige oud boscomplex van die grootteorde in de Kempen dat minstens sinds de middeleeuwen aanwezig is gebleven. In de 17de eeuw werd in het Grotenhoustbos, als één van de eerste gebieden in de zuidelijke Nederlanden, gestart met het zaaien van grove dennen.

Lille, Wechelderzande (Lille), Vorselaar (Vorselaar)
De Vallei van de Kindernouwbeek is een intact gebleven vallei van een laaglandbeek. Op een kleine schaal komen hier sterk verschillende vegetatietypes voor. De natte valleigronden werden vroeger als beemden en hooilanden gebruikt – nu zijn ze vaak bebost. De typische strookvormige en opstrekkende percelering is ontstaan door turfontginning gedurende de laatste eeuwen.

Poederlee (Lille)
Deze motte met een diameter van 20m, zogenaamd De Oude Hofberg, wordt in verband gebracht met de heren van Poederlee in de volle middeleeuwen. Alle belangrijke kenmerken, buiten de bouwconstructies, zijn nog zichtbaar. De motte is gesitueerd aan de binnenzijde van een meanderbocht van de rivier Aa die de site in het noorden doorkruist.

Achterste Moereind 16 (Lille)
Hoeve met waterput in omhaagde moestuin vooraan en boomgaard links; zeven traveeën en één bouwlaag onder rechts afgewolfd zadeldak, opklimmend tot midden 19de eeuw, op het kadaster ingetekend in 1858.