Resultaten erfgoedobjecten

< Ga naar zoekformulier

Resultaten erfgoedobjecten

93316 resultaten


ID: 135337 | Landschappelijk geheel

Valleien van Itterbeek en Eetsevelderbeek van Gruitrode tot Opitter

Bree, Opitter (Bree), Gruitrode, Neerglabbeek (Oudsbergen)
De Itter en haar zijbeken sneden smalle valleien uit in het Kempens Plateau. Landschappelijk vormt de Itterbeek ook de overgang tussen het landbouwgerichte noordwesten en de Solterheide ten zuidoosten. Hoewel de oorspronkelijke heide daar is verdrongen door naaldbossen en akkers, worden in wegbermen, kapvlakten of brandgangen toch heiderelicten teruggevonden. Noordwestelijk, op de Nijsenberg en de Steenberg, voeren velden en weiden de boventoon, waartussen verspreide hoeves staan en loofbosjes voorkomen. In Opitter lagen niet minder dan vier watermolens. Vlakbij ligt nog het park Itterdal, in landschappelijke stijl, met merkwaardige boomsoorten, een vijvercomplex en vele bloemrijke delen. Guitrode kent ook een gave dorpskern met onder andere de Sint-Gertrudiskerk en een commanderij van de Duitse Orde.


ID: 135338 | Landschappelijk geheel

Domein Jagersborg

Kinrooi, Ophoven (Kinrooi), Maaseik, Neeroeteren (Maaseik)
Het domein Jagersborg is gelegen op de grens tussen Maaseik en Neeroeteren. Het landschap behoort geomorfologisch tot het dekzandgebied ten noorden van Maaseik. Tot midden 19de eeuw nog maakte het gebied deel uit van een uitgestrekte heide- en moerasvlakte tussen de Itterbeek en de Bosbeek. Het gevarieerde landschap werd in de toenmalige landbouweconomie geëxploiteerd door begrazing met vee, het winnen van plaggen, strooisel en turf en het kappen van hout. Ten noorden tegen de Itterbeek kwamen wellicht reeds vroeger beemden voor, in gebruik als vochtig hooi- en weiland. In 1849 werd de hoeve Jagersborg gebouwd, die haar naam zou geven aan het bijhorende domein. Het is een gesloten hoeve van 1849, met boerenburgerhuis, schuur, stal en recente aanbouwsels tegen de achtergevel, die tijdelijk ook als herberg fungeerde.


ID: 135339 | Landschappelijk geheel

De Tösh, Langeren en Wurfeld

Elen (Dilsen-Stokkem), Maaseik, Neeroeteren (Maaseik)
Het gebied strekt zich uit langs de Bosbeek tussen Neeroeteren en Maaseik. Het vlakke reliëf werd plaatselijk gediversifieerd door latere zandverstuivingen en de vorming van landduinen zoals bij Siemkensheuvel. De bedding van de Bosbeek tussen Neeroeteren en Maaseik werd waarschijnlijk gedurende de 13de en/of de 14de eeuw gegraven in functie van de Maaseiker stadswallen en de watermolens. Men treft in de westelijke helft van het gebied een kleinschalig oud cultuurlandschap op een plaggenbodem aan in het deelgebied Langeren en De Staart, met een grote dichtheid aan houtkanten, graslanden, akkertjes en geriefhoutbossen. Centraal in het gebied ligt de zogenaamde Tösch, een nat terrein met grote percelen ten zuiden van de Bosbeek. Een uitgestrekt gebied van weiden en akkers op een plaggenbodem bepaalt het uitzicht van het oostelijk deel van het gebied, genaamd Wurfeld.


ID: 135341 | Landschappelijk geheel

Duinengordel van Opglabbeek - Gruitrode

Opoeteren (Maaseik), Gruitrode, Opglabbeek (Oudsbergen)
Nabij de grens tussen Gruitrode en Opglabbeek strekt zich een langgerekte duinengordel uit, die ooit als nagenoeg enige element de weidse openheid van het stuivende heidelandschap onderbrak. Het is één van de grootste duinencomplexen van de Limburgse Kempen, 5 à 6 km lang en 500 m breed. De duinen ontstonden wellicht in de middeleeuwen als gevolg van verwaaiing na overexploitatie en onoordeelkundige ontginning tot akkers van de zuidwestelijke heidegebieden. Centraal door het gebied loopt een dreef, de Geuzenbaan genoemd. Hier trok Willem van Oranje omstreeks 1568 met zijn leger voorbij, om de ridders van de Duitse Orde in de Commanderij van Gruitrode te mijden. Langs de weg staat de zogenaamde Boskapel, toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Rust. Verspreid aan de randen liggen landbouwpercelen, waarvan sommige kleinschalig met houtkanten of bomenrijen (bijvoorbeeld De Riet, Opoeteren).


ID: 135342 | Landschappelijk geheel

Mergelgroeven van Val-Meer en Zichen-Zussen-Bolder

Millen, Valmeer, Zichen-Zussen-Bolder (Riemst)
De van oudsher geconcentreerde hoopdorpen, bestaande uit woningen en boerderijen rond de kerk, groeiden hier aaneen tot de straatdorpen Val-Meer en Zichen-Zussen-Bolder. In elke dorpskom bevinden zich vierkanthoeven, waarvan de gevels - zoals ook van vele andere gebouwen - geheel of gedeeltelijk in streekeigen mergelzandsteen zijn opgetrokken. Zij benadrukken het landelijke en streekeigen karakter van het dorpsbeeld, traditioneel bepaald door landbouw en mergelwinning. Achter de boerderijen liggen de weilanden, vaak ingenomen door boomgaarden. Daarrond ontplooit zich een glooiend openfield-landschap, gekenmerkt door akkerbouw. De mergelgroeven situeren zich vooral in Val, Zichen en Zussen en gaan terug tot de Gallo-Romeinse tijd. Nu vormen het ingewikkelde gangenstelsels die zich ver onder de grond uitstrekken.


ID: 135343 | Landschappelijk geheel

Kasteel van Hocht en Hochterbampd

Lanaken, Neerharen (Lanaken)
Het kasteel van Hocht en Hochterbampd zijn - enigszins geïsoleerd - gelegen nabij de Maas. Begin 19de eeuw werd hier parallel met de Maas de Zuid-Willemsvaart getrokken, in de jaren 1930 volgde de aanleg van het Verbindingskanaal Briegden-Neerharen. De smalle sluis van Neerharen oogt spectaculair gezien het hoogteverschil van bijna 10 m. Het kasteel van Hocht is in oorsprong een abdij, eind 12de eeuw gesticht door de heren van Pietersheim. De omgeving van de abdij-, nu kasteelsite, wordt ingenomen door akkers, (laagstam)boomgaarden en enkele weiden, hier en daar afgelijnd door bomengordels. Aan de overzijde van de Zuid-Willemsvaart ligt de uiterwaard Hochterbampd waarvan de naam verwijst naar de beemden (vochtige weilanden) van het voormalige Hocht. Delen van het gebied zijn laag gelegen zodat ze regelmatig overstromen bij hoogwater van de Maas.


ID: 135344 | Landschappelijk geheel

De abdij van Kolen en de Kolenberg

Borgloon, Kerniel (Tongeren-Borgloon)
De abdij van Kolen, vroeger het Kruisherenklooster van Colen of abdij Mariënlof genoemd, is gelegen aan de rand van Droog Haspengouw. De abdij ligt op een hoge uitloper van het plateau en is beeldbepalend voor de omgeving. De vallei van de Kleine Herk is diep ingesneden, via een historisch voetpad is er via de vallei een verbinding met de dorpskern van Kerniel. De spoorlijn Tongeren-Borgloon doorsnijdt het landschap ten zuiden van de abdij. Het is voornamelijk een agrarisch landschap.


ID: 135345 | Landschappelijk geheel

Berlingen en Kuttekoven

Borgloon, Gotem, Hoepertingen, Kuttekoven (Tongeren-Borgloon), Berlingen (Wellen)
Dit gebied is gelegen aan de noordwestrand van het massief van Borgloon. Het is heuvelachtig en sterk ingesneden door erosie. Het is een uitgesproken agrarisch landschap met centraal het gehucht Kuttekoven met enkele belangrijke hoeves en de Sint-Jan-de-Doperkerk. Het gehucht wordt doorsneden door de markante spoorwegbrug en spoorwegbedding van de voormalige spoorweg Sint-Truiden-Tongeren. Ten noorden van het gehucht liggen de gesloten hoeve De Klee en kasteel De Klee. Halverwege tussen Kuttekoven en Berlingen (Wellen), aan de oostelijke rand van de riviervlakte van de Herk, ligt het gehucht Rullingen met het gelijknamige kasteel met omliggend park en hoogstamboomgaarden. De Herk stroomt diep ingesneden door het landschap. Het dorp Berlingen sluit hierop aan, de Sint-Agathakerk kijkt van een hoogte uit op de waterloop.


ID: 135346 | Landschappelijk geheel

De Maten

Diepenbeek (Diepenbeek), Genk (Genk), Hasselt (Hasselt)
De Maten, op de grens van de gemeenten Genk en Diepenbeek, zijn een deel van een moerassige zone die zich uitstrekt langsheen de zuidwestelijke rand van het Kempens plateau en langzaam naar de Demer afhelt. Het is een nagenoeg vlak gebied waarin - evenwijdig aan de Stiemerbeek - een reeks duinkammen voorkomt. In de veen- en moerasgebieden langs de Stiemer werden vanaf de 15de eeuw gaandeweg, ten behoeve van de visteelt, een 35-tal visvijvers (weyers) aangelegd die grotendeels nog steeds herkenbaar zijn in het landschap. In het uiterste noordoostelijke punt van het gebied is een watermolen op de Stiemerbeek gelegen.


ID: 135347 | Landschappelijk geheel

Herkenrodebos en kasteel van Stevoort

Kermt, Kuringen, Spalbeek, Stevoort (Hasselt)
Het gebied ‘Herkenrodebos en kasteel van Stevoort’ bevindt zich op de noordgrens van vochtig Haspengouw, op het interfluvium tussen de Demer in het noorden en de Herk in het zuiden. Het is een landschapsecologisch rijk gebied met relicten van het voormalige Herkenrodebos en met een concentratie van bouwkundig erfgoed, in het bijzonder restanten van vakwerkbouw. In het zuidwesten liggen de kastelen van Stevoort en Schimpen. De kern van dit gebied bestaat uit een aantal versnipperde bosrelicten, die nu worden aangeduid als Herkenrodebos, Zusterkloosterbos en andere. Deze historisch stabiele bossen, met een rijke voorjaarsflora, worden afgewisseld met graslanden en aangevuld met kleine landschapselementen die vooral bestaan uit bomenrijen, hier en daar houtkanten, meidoornhagen en struwelen.